Je weet wat planteneters, alleseters en vleeseters zijn
Je kunt uitleggen hoe een aantal productiedieren hun voedsel verteren
Je kunt de meest voorkomende voersoorten voor productiedieren herkennen en benoemen
Je kent het verschil tussen ruw- en krachtvoer
Je kunt met een voerschema berekenen hoeveel voer een dier nodig heeft en dit voer afwegen
Je kunt een voeradvies geven