This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
Welkom!
Nederlands van
EROH
mevrouw van Rossum
in het kort: Ethel
Slide 1 - Slide
lesdoel(en)
verwachtingen van jullie
verwachtingen van mij
uitleg komende weken
Wat gaan we doen?
Slide 2 - Slide
Lesdoel(en)
je weet wat er van je verwacht wordt tijdens de lessen;
je weet wat je van mij kunt verwachten bij het vak Nederlands;
je weet je waar we de komende weken aandacht aan geven bij de vakles Nederlands.
Slide 3 - Slide
welke verwachtingen heb jij van je docente Nederlands?
Slide 4 - Mind map
Verwachtingen van Ethel van Rossum
Kom op tijd!
Zorg er altijd voor dat je je boek, pen en schrift én je opgeladen telefoon in je tas hebt.
Kauwgom, petjes, oortjes...je kent het wel.
Jullie voorbereiding: huiswerk = huis + werk.
De belangrijkste: luister naar elkaar!
Slide 5 - Slide
Uitleg periode 4
Zakelijke brief
Lezen - fictie
Schrijfvaardigheid
toetsweek
Wellicht dat we 2 + 3 gaan combineren.
Slide 6 - Slide
Hoe goed ben jij in spelling?
A
duim omhoog: ik ben goed in spelling
B
duim half: ik twijfel vaak of ik het goed doe
C
duim omlaag: ik kan het nog niet goed
Slide 7 - Quiz
Je ziet fouten in de spelling van een vriendin, vind je dat erg?
Slide 8 - Open question
Een docent geeft je een opdracht en er staan spelfouten in, vind je dat erg?
Slide 9 - Open question
Je ouders geven een briefje mee voor een docent en er staan spelfouten in, vind je dat erg?
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Video
zakelijke brief
1. Sollicitatiebrief; deze zomer heb je tijd voor een vakantiebaantje. Wat ga je schrijven in die brief? Wat moet er zeker in komen?
2. Klachtenbrief; je hebt een online bestelling gedaan en je hebt het verkeerde product ontvangen. Je wilt het goede product hebben waarvoor je betaald hebt. Hoe ga je dat aanpakken? Wat schrijf je in de brief?
Slide 12 - Slide
zakelijke brief
Kijk bij beide opdrachten hoe je de informatie in een briefvorm kunt gieten. Bedenk een opzetje en schrijf dat op.
Let bijvoorbeeld ook op aanspreekvorm, alinea-verdeling, spelling, afsluiting.
Slide 13 - Slide
Heb je je werk bij je?
uitwisselen met je buurman/buurvrouw
wat zijn de verschillen?
wat zijn de overeenkomsten?
welke afspraken zijn er gemaakt die voor iedereen gelden?
Slide 14 - Slide
in je lesboek...
- theorie: afspraken die gelden
- goede voorbeelden
- slechte voorbeelden
Slide 15 - Slide
wat heb jij nodig om je goed voor te bereiden op deze schrijfopdracht in de toetsweek?