H1 Lezen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

VT leesvaardigheid

- Hoofdstuk 1 en 2 (50 min)

- Week 44 

- Activiteitenweek en herfstvakantie

- Volg de planner!

§2 Verkennen

Je leest 3 teksten die gaan over de vraag wanneer iets een sport is of wanneer een sport eerlijk is. In de opdrachten bestudeer je eerst de structuur van de teksten: hoe zijn de teksten opgebouwd? Daarna beantwoord je vragen over de inhoud van de tekst.

Lees nu tekst 1, 2 en 3 verkennend.

Wat is het tekstdoel van tekst 1?

1. informeren
2. overtuigen
3. beschouwen
4. activeren

Wat is het tekstdoel van tekst 2?

1. informeren
2. overtuigen
3. beschouwen
4. activeren

Wat is het tekstdoel van tekst 3?

1. informeren
2. overtuigen
3. beschouwen
4. activeren

eSports

Tekst 1

eSports: gewoon een game of echte sport?

Lees de tekst nauwkeurig en maak opdracht 3.

Tekst 1

Maak nu opdracht 4 en 5.

Niet af? Huiswerk

Vergeet niet in je boek te lezen.

eSports: gewoon een game of echte sport?

gewoon een game

echte sport

VT leesvaardigheid

- Hoofdstuk 1 en 2 (50 min)

- Week 44 

- Activiteitenweek en herfstvakantie

- Volg de planner!

Vragen/opmerkingen?

Pak tekst 2 erbij in je boek (blz.14-15)
Wat was ook alweer het tekstdoel van tekst 2?

1. informeren
2. overtuigen
3. beschouwen
4. activeren

Leg je antwoord uit. Wat is de mening van de schrijfster?

Bekijk de tekst. Wat zou het onderwerp kunnen zijn?

1. hardlopen
2. Vaporfly
3. de springveerloper
4. de hardloopsport

H1 tekst 2

Waarom wonderschoen Vaporfly niets te zoeken heeft bij het hardlopen.

Lees de tekst nauwkeurig en maak opdracht 8,9ab,12ab.

Ben je het eens met de schrijfster, is het tijd voor een nieuwe categorie: de springveerloper?

ja

nee

Bekijk tekst 3 (boek p.17, online opdracht. 13)
Is schaken een sport?

ja

nee

Wat is het tekstdoel?

1. informeren
2. overtuigen
3. beschouwen
4. activeren

Welke vaste tekststructuur herken je?

H1§2: tekst 3

Lees tekst 3 'Is schaken een sport?' nauwkeurig en maak opdracht 13 t/m 17.

Is schaken een sport?

ja

nee

Leg je antwoord uit. Is je mening veranderd na het lezen van de tekst?

H1§3: tekst 4

Huiswerk: Opdracht 1 t/m 7