Pincode H2: Ben jij een kritische koper?

Pincode H2: Ben jij een kritische koper?

Welke stof moeten jullie kunnen?
- Behoeften 
- Goederen/diensten
- Beïnvloeding
Welke vaardigheden voor deze week ( En vorige week)


1 / 25
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Pincode H2: Ben jij een kritische koper?

Welke stof moeten jullie kunnen?
- Behoeften 
- Goederen/diensten
- Beïnvloeding
Welke vaardigheden voor deze week ( En vorige week)


Slide 1 - Slide

Behoeften

Een behoefte is iets wat je graag wilt hebben. Behoefte is een wens.

Er zijn twee soorten behoeften:

  • Primaire behoeften: behoeften aan goederen waar een persoon niet zonder kan zoals voeding, kleding, woonruimte en gezondheidszorg. Een ander woord is basisbehoeften.
  • Secundaire behoeften: behoeften aan goederen waar een persoon zonder kan. Een ander woord is luxe behoeften.

Slide 2 - Slide

Primaire behoefte
Secundaire behoefte

Slide 3 - Drag question

Hoe kun je je behoeften vervullen?

Dus: hoe kun je je wensen laten uitkomen?

Je kunt je behoeften vervullen door middelen.

Er zijn drie middelen:

  • geld
  • bezittingen
  • tijd


Je hebt nooit genoeg van deze drie om al jouw behoeften te laten uitkomen.

Slide 4 - Slide

Consumeren


Consumeren is het kopen van goederen of diensten om aan je behoeften te voldoen.

Mensen die iets kopen noemen we consumenten.


Soms kunnen mensen zelf in hun behoeften voorzien zonder iets te kopen, dit noemen we zelfvoorziening. Dus ergens zelf voor zorgen.

Slide 5 - Slide

Voorbeelden zelfvoorziening
  • zelf groenten verbouwen
  • zelf kleding naaien
  • zelf de tuin doen
  • zelf het huis poetsen

Slide 6 - Slide

0

Slide 7 - Video

welvaart en schaarste

Welvaart= De mate waarin je je behoeften worden vervuld.

Dus: hoe meer je behoeften worden vervuld, hoe meer welvaart je hebt.

De welvaart van iemand is laag als weinig van zijn behoeften worden vervuld (ook als die persoon erg rijk is).

Welvaart van iemand is hoog als bijna al zijn behoeften worden vervuld (ook als die persoon weinig bezittingen heeft)

Maar niemand heeft genoeg middelen om alle behoeften te vervullen, dit noemen we schaarste.  Schaarste=  De middelen zijn te beperkt om in al je behoeften te voorzien. Niemand heeft nooit genoeg geld om al zijn beheften te vervullen.

Slide 8 - Slide


Sociale beïnvloeding
Commerciële beïnvloeding

Slide 9 - Slide

.......... behoeften geven de behoeften aan die je hebt aan luxe goederen. Bijvoorbeeld: iphone, merkkleding en laptop.

Welk woord komt op de puntjes
A
primaire
B
secundaire

Slide 10 - Quiz

De ....... bekijkt hoe mensen en bedrijven hun schaarse middelen inzetten om in hun behoeften te voorzien.

Welk woord komt op de puntjes?
A
welvaart
B
behoeften
C
economie
D
consument

Slide 11 - Quiz

....... is het kopen van goederen en diensten om in je behoeften te voorzien.

Welk woord komt op de puntjes?
A
consumeren
B
vergelijken

Slide 12 - Quiz

............. is de mate waarin je in je behoeften kunt voorzien
Welk woord komt op de puntjes?
A
economie
B
zelfvoorziening
C
welvaart

Slide 13 - Quiz

Het van je brood tijdens je ontbijt is een voorbeeld van
A
primaire behoeften
B
secundaire behoeften

Slide 14 - Quiz

Je eet een zak chips voor de tv leeg en je drinkt een fles cola gelijktijdig op.
A
primaire behoeften
B
secundaire behoeften

Slide 15 - Quiz

Omdat je hele erge hoofdpijn hebt na een lange schooldag, neem je een paracetamol. Hierdoor voel je je gelukkig snel weer een stuk beter.
A
primaire behoeften
B
secundaire behoeften

Slide 16 - Quiz

Het huis waarin je woont
A
primaire behoeften
B
secundaire behoeften

Slide 17 - Quiz

Je abonnement op Spotify, zodat je op je mobiel streaming muziek kunt luisteren.
A
primaire behoeften
B
secundaire behoeften

Slide 18 - Quiz

Een rolstoel voor een gehandicapte
A
primaire behoeften
B
secundaire behoeften

Slide 19 - Quiz

De vakantie die je boekt naar Blanes aan de Spaanse costa.
A
primaire behoeften
B
secundaire behoeften

Slide 20 - Quiz

Je drinkt een glas melk bij je middageten
A
primaire behoeften
B
secundaire behoeften

Slide 21 - Quiz

Is met deze afbeelding sprake van sociale of commerciële beïnvloeding?

A
sociale beïnvloeding
B
commerciële beïnvloeding

Slide 22 - Quiz

Alles wat je nodig hebt of graag wilt hebben
Het geld waarover je kunt beschikken
Niet tastbare producten
Hoe je door winkels en fabikanten beïnvloed wordt
tastbare producten
Hoe mensen door elkaar beïnvloed worden
Behoeften
Budget
Commerciële beïnvloeding
Diensten
Goederen
Sociale beïnvloeding

Slide 23 - Drag question

Vaardigheden 

1. Een rente bedrag berekenen:   3% over 500,-

2.Rente percentage berekenen:  16,50 euro ontvangen over een spaarbedrag van 600,-

Rentebedrag
spaarbedrag

x 100 = ..........%

Slide 24 - Slide

Magister- Studiewijzer -
NM-MM-2M-Per2

Eerst oefenen:

Pincode H1 -->  Oefenen 
Bereken het rentebedrag
Bereken het rente percentage
Daarna Pincode H2


Samenvatting lezen + oefeningen maken

Slide 25 - Slide