schrijven van telwoorden

Spelling H3 schrijfwijze getallen

Getallen schrijf je soms in letters en soms in cijfers

Wanneer schrijf je getallen in letters?

1. tientallen tot honderd
2. jaartallen
3. data

Hele getallen tot en met twintig schrijf je met letters

1. waar
2. niet waar

Wanneer schrijf je cijfers in getallen?

1. gewichten, getallen vanaf 20 die niet rond zijn, jaartallen en data
2. getallen tot twintig, gewichten, getallen vanaf 20 die niet rond zijn
3. getallen tot twintig, gewichten, jaartallen en data
4. tientallen tot honderd, getallen vanaf 20, jaartalleen en data

GETALLEN
Voor dit spel heb je .......... kaarten nodig.

1. 32
2. tweeëndertig

Getallen onder de twintig uitschrijven

1. Waar
2. Niet waar

Wat is de juiste schrijfwijze van de getallen in de zin?

1. Mijn tweede broertje at er 23.
2. Mijn 2e broertje at er 23.
3. Mijn 2e broertje at er drieëntwintig.
4. Mijn tweede broertje at er drieëntwintig.

Klik de goede spelling van de getallen aan.

1. Een pak suiker weegt 2 kilogram.
2. Een pak suiker weegt twee kilogram.
3. Een pak suiker weeg 2 kg.
4. Een pak suiker weegt twee kg.

Getallen tot en met het woord 'duizend' schrijf je aan elkaar.

1. Waar
2. Niet Waar

Wat is de juiste schrijfwijze van de getallen in de zin?

1. Daarna heb ik tot ’s avonds 18:00 uur niets meer gegeten.
2. Daarna heb ik tot ’s avonds zes uur niets meer gegeten.

Welke getallen zijn op de juiste manier genoteerd?

1. acht, achthonderd
2. 8, achthonderd
3. acht, 8 honderd
4. 8, 8 honderd

Klik de goede spelling van de getallen aan.

1. Gelukkig lagen er nog wel meer dan 50 zakken!
2. Gelukkig lagen er nog wel meer dan vijftig zakken!

Voor hele getallen van één tot en met twintig gebruik je

1. cijfers
2. letters

Wat is de juiste schrijfwijze van de getallen in de zin?

1. Thuis telde ik alle pinda’s. Het waren er 138 !
2. Thuis telde ik alle pinda’s. Het waren er honderdachtendertig!