week 9 les 3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Lezen

Wat gaan we doen?

- Leerdoel bekijken

- Uitleg over reclames  ( 5 minuten) 

- Samen de opdrachten 2, 3 en 5 maken (15 minuten)

- Opdrachten nakijken (5 minuten)

- Tot slot zelfstandig opdracht 4 maken ( 5 minuten)

Leerdoel

Je kunt een reclame op radio of televisie herkennen en beoordelen.

Uitleg + filmpje

Het doel van een reclame is activeren: de makers willen je overhalen om iets te doen. Ze willen bijvoorbeeld dat je iets koopt of een goed doel steunt.

Reclamemakers kunnen niet altijd gebruikmaken van beeld, bijvoorbeeld bij reclames op de radio of in muziekapps. Daarom letten reclamemakers in die gevallen extra op hoe iemand iets zegt en gebruiken ze achtergrondmuziek of geluidseffecten om hun doel te bereiken.

Opdracht 2 

- Lees eerst de vragen.

- We bekijken samen het korte fragment. 

- Beantwoord de vragen. 

Opdracht 3 

- Lees eerst de vragen. 

- Beluister het korte fragment.

- Beantwoord de vragen. 

Opdracht 5 

- Lees eerst de vragen.

- Beluister het fragment. 

- Maak de vragen. 

Antwoorden opdracht 2

1.

a Er wordt in het eerste deel gefilmd vanuit de hond.

b De muziek is in het eerste deel verdrietig.

c Het beeld is in het eerste deel donker.

d De stem gebruikt in het eerste deel korte zinnen met pauzes tussen de woorden.

Antwoorden opdracht 2

2 geluid en licht

 

3 A om te benadrukken wat de Dierenbescherming doet

4 Hij wil dat je lid wordt van de Dierenbescherming.

5 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Ik vind deze reclame goed, omdat ik meeleef met de hond.

Antwoorden opdracht 3 

1 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: B Wanneer ik alleen luister, valt de manier van praten mij meer op. C Wanneer ik alleen luister, valt wat er gezegd wordt mij meer op.

 

2 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Nee, ik vind van niet, omdat het beeld van de hond het extra zielig maakt.

Antwoorden opdracht 5 

1 Eigen antwoord, bijvoorbeeld: Ja, want hij is goed te verstaan.

 

2 Aan het eind legt de dierenarts een aantal keer de nadruk op het woord nu. Dit doet hij, omdat hij wil dat je zo snel mogelijk iets gaat doen.

3 Hij wil dat je de website goed onthoudt, zodat je er later naartoe kunt gaan.

4 dat je geld geeft / dat je iets doet

Afsluiter 

- Opdracht 4 zelfstandig maken. 

- Klaar? Dan nog even lezen, een puzzel maken of tekenen.