This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Poëzie
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat eindrijm is
Je kent de verschillende rijmschema’s
Je kunt uitleggen wat beginrijm / alliteratie is
Je kunt uitleggen wat klinkerrijm / assonantie is
Slide 2 - Slide
Kenmerken van gedichten
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Eindrijm
Woorden aan het einde van de regel hebben dezelfde klank.
Kijk maar naar het gedicht hiernaast:
Slide 7 - Slide
Rijmschema
Van het eindrijm kun je een rijmschema maken. • Je geeft elke rijmklank een nieuwe letter. De klank in de eerste regel a, de volgende klank b, etc.
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Beginrijm / Alliteratie
Voorbeeld: "De kat krabt de krullen van de trap". In die zin beginnen veel woorden met de 'k' Bij alliteratie gaat het om overeenkomst in klank van medeklinkers aan het begin van woorden.
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Assonantie
Enkele woorden die bij elkaar in de buurt staan, hebben dezelfde klank, maar niet dezelfde eindletter(s).
Slide 16 - Slide
Voorbeelden
`bomen` en `rozen`.
Een ander voorbeeld: de `i` in het vers van Kloos: