4.1 Getallen

1 / 31
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1-3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Planning 
  • iedereen aanwezig en materiaal mee?
  • telefoons op stil en in de telefoonzak?
  • aftekenkaart op peppels inleveren! 
  • toets bespreken en toets analyse volgende les
  • voorkennis en uitleg 4.1 
  • werken uit het boek 
  • afsluiting 

Slide 2 - Slide

4.1 Getallen
Wat gaan we deze les doen:
*Je kunt van een getal zeggen welke waarde elk cijfer heeft
*Je kunt decimale getallen op volgorde zetten
*Je weet wat veelvouden en delers zijn
*Je weet wat even en oneven is. 








Slide 3 - Slide

Vroeger waren er nog geen woorden om mee te tellen. De mensen gebruikten toen bijvoorbeeld steentjes om een hoeveelheid aan te geven.
Vroeger waren er nog geen woorden om mee te tellen. De mensen gebruikten toen bijvoorbeeld steentjes / schelpjes, om een hoeveelheid aan te geven

Slide 4 - Slide

Romeinse cijfers
1
5
10
50
100
500
1000
I
V
X
L
C
D
M

Slide 5 - Slide

Fibonacci bracht het idee van plaatswaarde naar Europa.

De plaats waar een cijfer staat, bepaalt de waarde. 


Slide 6 - Slide

even getallen

getallen die je kunt delen door 2

Een even getal eindigt op een 0, 2, 4, 6 of 8
oneven getallen

getallen die je NIET kunt delen door 2

Een oneven getal eindigt op 
1, 3, 5, 7 of 9

Slide 7 - Slide

priemgetallen
Getallen die je alleen kunt delen door zichzelf en door 1

Voorbeelden van priemgetallen: 2, 3, 5, 11, 13, 17 enz

Slide 8 - Slide

veelvouden
De getallen die je krijgt als je een bepaald getal vermenigvuldigt met andere getallen 

Veelvouden van 3 zijn bijvoorbeeld: 3, 6, 9, 12, 15, 18, 21, enz
Veelvouden van 5 zijn bijvoorbeeld: 5, 10, 15, 20, 25, 30, 35

Slide 9 - Slide

Welke waarde heeft de 6 in de volgende getallen?
7608
A
6 x 1
B
6 x 10
C
6 x 100
D
6 x 1000

Slide 10 - Quiz


In welk getal geeft de 4
de duizenden aan?
A
38 400
B
45 675
C
49 432
D
34 567

Slide 11 - Quiz


In welk getal geeft de 6
de tientallen aan?
A
38 406
B
45 675
C
69 432
D
34 567

Slide 12 - Quiz


Hoeveel is de 4 waard in 38,400

A
0,4
B
40
C
0,04
D
400

Slide 13 - Quiz


Hoeveel is de 9 waard in 38,19

A
0,9
B
90
C
0,09
D
9

Slide 14 - Quiz


Wat is een veelvoud van 4?
A
17
B
12
C
10
D
3

Slide 15 - Quiz


Wat is een veelvoud van 3?
A
17
B
12
C
10
D
8

Slide 16 - Quiz

Is het cijfer 9 even of oneven?
A
even
B
oneven

Slide 17 - Quiz

Is 423 even of oneven?
A
even
B
oneven

Slide 18 - Quiz

Is 657199254 even of oneven

A
Even
B
Oneven

Slide 19 - Quiz

werken uit het boek
Wat?
Voorkennis 1,2,3,4,6
4.1 Getallen 1, 5, 6, 11, 12, 13, 14, 15, 21, 22, 23, 25, 26, 27, 32, 33
Hoe?
Eerst zelfstandig
Hulp?
buurman/buurvrouw 
Tijd?
20 minuten
Klaar?
Ga verder met 
4.2 Grote getallen: 37, 38, 39, 41, 42, 43
4.3 Afronden: 47, 50, 51, 52, 53, 54, 57, 58, 59, 61
timer
20:00

Slide 20 - Slide

Afronden op een geheel getal

                 a.     5,7368
                 b.     0,5137
                 c.    24,4967

Slide 21 - Slide

Rond af op een heel getal:

89,823

Slide 22 - Open question

Slide 23 - Slide

Rond af op honderdtallen:
345

Slide 24 - Open question

Rond af op honderdtallen:
354

Slide 25 - Open question

Rond af op duizendtallen:
11400

Slide 26 - Open question

Rond af op duizendtallen:
19500

Slide 27 - Open question

Heb je nog vragen? Schrijf ze hier op.

Slide 28 - Open question

Slide 29 - Video

Slide 30 - Video

Slide 31 - Video