1B - Grammar Chapter 3 (voor de SO)

Hello everyone! 
In deze SO herhalen we de Grammar van Chapter 3 en er staan ook oefenvragen bij de uitleg.

De uitleg staat ook op blz. 173 van je boek.

Je SO van donderdag gaat over deze Grammar!
1 / 38
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Hello everyone! 
In deze SO herhalen we de Grammar van Chapter 3 en er staan ook oefenvragen bij de uitleg.

De uitleg staat ook op blz. 173 van je boek.

Je SO van donderdag gaat over deze Grammar!

Slide 1 - Slide

Meervoud in het Engels

Slide 2 - Slide

MEERVOUD

Slide 3 - Slide

Singular = enkelvoud
Plural = meervoud

Slide 4 - Slide

Regel voor meervoud = woord + s
               1 dog - 3 dogs
    1 dog


   3 dogs

Slide 5 - Slide

Wat is het meervoud van:

Rose
A
Rosies
B
Roses

Slide 6 - Quiz

Bij woorden die eindigen op een medeklinker + y
                            
                     -y verdwijnt en wordt - ies
                 
  1 bunny                            4 bunnies

Slide 7 - Slide

meervoud van 'puppy'
A
puppys
B
puppies

Slide 8 - Quiz

woorden die eindigen op een klinker + y
                            
       krijgen alleen een - s
          
  1 boy                              3 boys

Slide 9 - Slide

meervoud van 'boy'
A
boies
B
boys

Slide 10 - Quiz

      woorden die eindigen op ch, sh, s, ss, x, z
                            
                                     krijgen -es
                 
  1 dress                           4 dresses

Slide 11 - Slide

Meervoud van: kiss
A
Kisss
B
Kisses
C
kiss's

Slide 12 - Quiz

 woorden die eindigen op een medeklinker + o
                            
                              krijgen -es
                 
   1 tomato                       4 tomatoes

Slide 13 - Slide

Maak het meervoud:
Tomato
A
Tomatos
B
Tomatoes

Slide 14 - Quiz

Uit je hoofd leren:

Slide 15 - Slide

meervoud van 'child'
A
childs
B
children

Slide 16 - Quiz

meervoud van 'watch'
A
watchs
B
watches

Slide 17 - Quiz

meervoud van 'pony'
A
ponys
B
ponies

Slide 18 - Quiz

meervoud van 'horse'
A
horses
B
horsesses

Slide 19 - Quiz

wat is het meervoud van

dog
A
dogs
B
dog's

Slide 20 - Quiz

Meervoud van:
man
A
mans
B
mens
C
man
D
men

Slide 21 - Quiz

Some & Any

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Video

SOME

+         Als je iets wel hebt
We have got some tea

?        Als je iets aanbiedt
Can I give you some tea?

?      Als je verwacht dat iemand                    '       'Ja' op je vraag antwoordt
Would you like some tea?
ANY

x       Als je iets niet hebt
We don't have any tea

?      Bij de meeste vraagzinnen
Have we got any tea?

Slide 24 - Slide

Would you like ... chocolate?
A
some
B
any

Slide 25 - Quiz

Uitleg

Het is een vraag waarbij je iets aanbiedt
(Je vraag of iemand chocolade wil en je verwacht dat het antwoord 'ja' is)
en dus gebruik je some.

Slide 26 - Slide

I haven't got ... chocolate.
A
some
B
any

Slide 27 - Quiz

Uitleg

Je hebt geen chocolade meer.
(dit herken je aan het woordje not/n't)
en dus gebruik je any.

Slide 28 - Slide

Have we got ... chocolate left?
A
some
B
any

Slide 29 - Quiz

Uitleg

Je vraagt of we nog chocolade hebben
(het is een gewone vraagzin, je biedt niet iets aan)
en dus gebruik je any.

Slide 30 - Slide

I want to have ... chocolate.
A
some
B
any

Slide 31 - Quiz

Uitleg

Het is een gewone zin, je wilt (wel) chocolade.
Het is geen vraag, en het woordje not staat ook niet in de zin.
En dus gebruik je some.

Slide 32 - Slide

This, That, These, Those

Slide 33 - Slide

0

Slide 34 - Video

this/ that/these/ those

Slide 35 - Slide

This
That
These
Those

Slide 36 - Drag question

Those
This
This
Those
That
These

Slide 37 - Drag question

Slide 38 - Slide