Welke factoren beïnvloeden de T?

1 / 24
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeSecundair onderwijs

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat zijn de namen van de 3 klimaatzones?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Slide

2.3 'Welke factoren beïnvloeden de T?
Polaris 1, hoofdstuk 3 '51°N-27.8°C' blz. 12 ROUTE 1

Slide 6 - Slide

Waarom is het bij Julio in Neiva (Colombia) warmer dan bij Jan in Linter (België)?

Slide 7 - Slide

Wat is volgens jou de reden dat het in België kouder is dan in Colombia?

Slide 8 - Open question

Factor 1: ligging ten opzichte van de evenaar

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

b. Hoe hoger we gaan hoe .... de
temperatuur
A
Warmer
B
Kouder

Slide 11 - Quiz

Factor 2: hoogteligging 
Besluit: hoe hoger een plaats gelegen is hoe kouder.
Skiën --> hoog in de bergen, koud = meer kans op sneeuw.

Slide 12 - Slide

                                    Focus op de winter (januari)

Slide 13 - Slide

                          Focus op de lente/ zomer (juni)

Slide 14 - Slide

Factor 3: ligging ten opzichte van de zee/ oceaan
In de zomer warmt de zee op --> herfst, warmere bries het land in.
In de winter koelt de zee af --> zomer, frisse bries het land in.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Slide 19 - Slide

Factor 4: zeestromen
Warmere/ koudere zeestromen zorgen voor een T verschil op plaatsen die dezelfde ligging hebben.

Slide 20 - Slide

De temperatuur van een klimaat binnen een klimaatzone hangt af van:

  • Factor 1: ligging ten opzichte van de evenaar.
  • Factor 2: hoogteligging
  • Factor 3: ligging ten opzichte van de zee/ oceaan
  • Factor 4: zeestromingen

Slide 21 - Slide

2.4 Welke factoren beïnvloeden de neerslaghoeveelheid?

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Link

Werkplanner

Slide 24 - Slide