T1C week 2

Nederlands
8 januari
1 / 26
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands
8 januari

Slide 1 - Slide

Hoe gaat het met jullie?
A
Geef me nog twee weken vakantie
B
Goed
C
Mwah
D
Geweldig

Slide 2 - Quiz

Programma
- Toets grammatica teruggekregen

- Wat gaan we nog doen deze periode?

- Creatief schrijven: hoe ziet je ideale vakantie eruit?

- Kijk elkaars tekst na

Slide 3 - Slide

Toets grammatica
Je cijfer staat in Magister, volgende week gaan we hem nakijken.

Inhalen: Farouq

Slide 4 - Slide

Deze periode
Toets grammatica blok 3 en 4 

Spelling blok 3 en 4 en diagnostische toets

Lezen blok 3 en 4

Vrije en verplichte verwerkingsopdracht

Slide 5 - Slide

Hoe ziet je ideale vakantie eruit?
Opdracht: schrijf een gedicht, een korte tekst, een toneelscène, een liedje, ... over je ideale vakantie.

Het mag ook gaan over je kerstvakantie, als je die leuk vond.

Je mag over alles schrijven, dus ook over dingen die (nog) onmogelijk zijn.

Slide 6 - Slide

Opdracht (5 minuten)
Begin met het opschrijven van de randvoorwaarden:
- wie?
- wanneer?
- waar?
- hoe?
timer
5:00

Slide 7 - Slide

Schrijf je tekst (15 minuten)
Schrijf je tekst, je liedje, je gedicht, of een andere vorm van tekst over je ideale vakantie met de elementen die je net hebt opgeschreven in je verhaal.

Je weet dus met wie je gaat, wanneer je op vakantie gaat, waar je heen wil en hoe je daar wilt komen. Wat ga je daar doen? Verras jezelf, niets is onmogelijk.

Slide 8 - Slide

Ruil met degene naast je (10 minuten)
Lees de tekst van degene naast je. 

Heb je nog tips? Wat is er heel goed aan de tekst en wat kan diegene nog verbeteren?

Let op werkwoordspelling! Streep alles aan dat je tegenkomt.
Lever je tekst aan het einde van de les in. Ik ben benieuwd!

Slide 9 - Slide

Deze week: recensie
Neem het boek mee dat je de afgelopen periode hebt gelezen. Het hoeft nog niet helemaal uit te zijn, we hebben nog een leesles deze week.

We gaan een recensie schrijven als verplichte literatuuropdracht. Dit doen we voor een groot gedeelte tijdens de les.

Slide 10 - Slide

Nederlands
9 december

Slide 11 - Slide

Programma
- Omgeving Op Niveau bekijken

- Oefenen met werkwoordspelling

- Werken aan je vrije verwerkingsopdracht

Slide 12 - Slide

Omgeving Op Niveau 
- Regels

- Werkwijzer werkwoordspelling

- Theoriegedeeltes tussen de opdrachten door

Slide 13 - Slide

Opdracht (30 minuten)
Maak opdracht 21 en 22 van spelling blok 3.

Klaar? Maak je vrije verwerkingsopdracht af of werk aan Over taal blok 3 en 4 (alle opdrachten).

Slide 14 - Slide

Quiz opdracht 21
Pak je laptop erbij met Lessonup!

Slide 15 - Slide

De leerlingenraad heeft anderhalf uur [vergaderen] over het nieuwe antipestbeleid op school.
A
vergaderd
B
vergaderdt
C
vergadert
D
vergaderen

Slide 16 - Quiz

[Houden] je niet van pizza en pannenkoeken?
A
Houdt
B
Houd

Slide 17 - Quiz

Een goed opgevoede hond [gehoorzamen] zijn baasje altijd.
A
Gehoordzaamt
B
Gehoorzaamd
C
Gehoorzaamdt

Slide 18 - Quiz

Toen de zon onderging, [glanzen] de zee prachtig aan de horizon.
A
glanzde
B
glanzte
C
glansde
D
glanste

Slide 19 - Quiz

Huiswerk
Opdracht 21 en 22 van spelling blok 3 afmaken.

Wat vond je lastig? Onthoud dat voor de volgende les, daar gaan we mee verder.

Slide 20 - Slide

Klassenvertegenwoordiger

Slide 21 - Slide

Wat doe je?
- Aanspreekpunt voor de klas

- Als er problemen zijn, kun jij voor de hele klas met de docent mailen

- Je helpt met beheren van de agenda (rijstactie, etc)

- Je helpt de juniormentoren met organiseren van een uitje

- Docenten kunnen jou vragen om iets aan de hele klas te mailen/vertellen

Slide 22 - Slide

Nederlands
10 januari

Slide 23 - Slide

Programma
- Regels herhalen: hoe werkt de werkwoordspelling?

- Opdracht 21 en 22 van spelling blok 3 afmaken

- Kruiswoordpuzzel werkwoordspelling maken

Slide 24 - Slide

Welke regels zijn er?
Tegenwoordige tijd [t.t.]: wat zijn de regels?
Verleden tijd [v.t.]: wat zijn de regels?

't X-kofschip: wanneer gebruiken we die? [v.d.]
Wat zijn de regels?

Slide 25 - Slide

Opdracht (25 minuten)
Maak eerste opdracht 21 en 22 van spelling blok 3 af.

Als je klaar bent, maak je de kruiswoordpuzzel. Wie kan als eerst de puzzel kloppend maken?

Heb je ook de puzzel af? Werk verder aan 'Over taal' blok 3 en 4.

Slide 26 - Slide