Je kunt berekenen hoeveel warmte een elektrische warmtebron levert.
Je kunt het verband tussen temperatuur, tijd en warmte verklaren.
Je kunt graden Celsius en kelvin naar elkaar omrekenen.
Slide 3 - Slide
Lesdoelen
Warmtebronnen
Rekenen met warmte en energie
Slide 4 - Slide
Warmtebronnen
Dompelaar
Elektrische kookplaat
Waterkoker
Slide 5 - Slide
Formule:
E=P⋅t
Elektrische energie berekenen
E = elektrische energie (in Joule)
P = vermogen (in Watt)
t = tijd (in seconde)
Slide 6 - Slide
Elektrische warmtebronnen
Elektrische energie (E) wordt volledig omgezet in warmte (Q)
X
E = Q
E=Q=P⋅t
Slide 7 - Slide
Rekenvoorbeeld
Een waterkoker (800 W) doet er 1,5 minuut over om 200 mL water aan de kook te brengen.
Bereken hoeveel warmte de waterkoker in die tijd heeft geleverd.
Bekend
Wat weten we?
P = 800 W
t = 1,5 min = 90 seconde
Q = E = P x t
Berekenen
Q = E = P x t
= 800 Watt x 90 seconde
= 72 000 J
Q = E = 72 kJ
Slide 8 - Slide
Oefenen
Maak opdracht 15 (blz. 36 van je werkboek)
2 minuten
Zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw
timer
2:00
7,5 minuut = 450 seconden
Q = P x t
Q = 2400 x 450
Q = 1 080 000 J
= 1 080 kJ
Slide 9 - Slide
Vermogen berekenen
P = U x I
P = Vermogen in W
U = Spanning in V
I = Stroomsterkte in A
Slide 10 - Slide
Rekenvoorbeeld
Een waterkoker doet er 3 minuten over om 450 mL water aan de kook te brengen. De waterkoker is aangesloten op het lichtnet en er loopt een stroom van 3,5 A tijdens het verwarmen
Bereken hoeveel warmte de waterkoker in die tijd heeft geleverd.
Bekend
Wat weten we?
P = U x I
Q = E = P x t
U = 230 V
I = 3,5 A
t = 3 min = 180 seconde
Berekenen
P = U x I
= 230 V x 3,5 A
= 805 W
Q = E = P x t
= 805 W x 180 seconde
= 144 900 J
= 145 kJ
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Zelfstandig werken
Lees hoofdstuk 2.2 (blz. 28 t/m 31)
Maak opdracht: 12 t/m 20
Eerst 5 minuten zelf, dan overleggen met je buurman/buurvrouw
