Unit 2, lesson 1 LRN

Today
  1.  StudyGo
  2. Grammar: past simple & adverbs of frequency
  3. (home)work
  4. Looking back
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Today
  1.  StudyGo
  2. Grammar: past simple & adverbs of frequency
  3. (home)work
  4. Looking back

Slide 1 - Slide

timer
5:00

Slide 2 - Slide



Aan het einde van deze les..
  1. ..heb je je kennis over de past simple weer opgefrist
  2. .. weet je wat adverbs of frequency zijn en hoe je die moet gebruiken

Slide 3 - Slide

Past simple & adverbs of frequency
Please, take out your notebook

Slide 4 - Slide

2. Grammar: Herhaling 'past simple'

Wat betekent 'past simple'?
A
Verleden tijd
B
Tegenwoordige tijd
C
Toekomende tijd (toekomst)

Slide 5 - Quiz

Hoe weet je dat je de past simple moet gebruiken?
A
Dat zie je aan het werkwoord
B
Er staat altijd in de zin wanneer het was

Slide 6 - Quiz

Welke 3 soorten zinnen zijn er?

Slide 7 - Open question

Welke zin klopt?
A
Do you saw that movie yesterday?
B
Did you see that movie yesterday?
C
Did you saw that movie yesterday?
D
Do you see that movie yesterday?

Slide 8 - Quiz

Welke zin klopt?
A
No, I didn't see that movie.
B
No, I didn't saw that movie.
C

Slide 9 - Quiz

Wat is een onregelmatig werkwoord?

Slide 10 - Open question

Waar moet je goed op letten als je een zin in de past simple ontkennend of vragend maakt?

Slide 11 - Open question

Kijk naar de volgende woorden:
always, usually, often, sometimes, never, regularly, still, etc.

Waarover vertellen deze woorden je iets?

Slide 12 - Open question

Adverbs of frequency

Slide 13 - Slide

Bijwoorden van tijd
- uitleg: jullie luisteren en maken aantekeningen - 

  • Vertellen je iets over hoe vaak iets was, maar niet precies. 

  • Sue rarely wears jeans.
  • He always does his homework

  • --> Als er maar één werkwoord in de zin staat, staat het bijwoord er voor.

  • I have never seen this before. 
  • He has often talked about it

  • --> Als er twee werkwoorden in de zin staan, staat het bijwoord altijd na het 1e werkwoord

Slide 14 - Slide

Let op!

  • She is always late.
  • We are always on time.

  • Staat er AM, ARE of IS  ('to be') in de zin? 
  • Dan staat het bijwoord ALTIJD na am, are of is

Slide 15 - Slide


(Home)work, Tuesday, October 24th

Maken:
exc. 1 t/m 10 (p. 47 t/m 55)
Leren: 
Words unit 2, lesson 1 (p164)

  • Voor jezelf
  • In stilte
  • Muziek mag
  • Vragen? Steek je vinger op. 
  • Tijd tot aan de afsluiting van de les.

Slide 16 - Slide

Looking back:
Vertel in je eigen woorden:
Wat is een adverb of frequency?

Slide 17 - Open question