Havo les 26

Havo les 26
De Franse revolutie
Paragraaf 4
Blz 88 en 89
1 / 18
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Havo les 26
De Franse revolutie
Paragraaf 4
Blz 88 en 89

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Voor de Franse Revolutie
Tijdens/na de Franse Revolutie
Monarchie
Grondwet
Standen
Gelijkheid

Slide 3 - Drag question

Welke gebeurtenis vormt het begin van de Franse Revolutie?

Slide 4 - Drag question

Wat is geen oorzaak van de Franse Revolutie?
A
Lodewijk XVI wordt terechtgesteld
B
De 3de stand mocht niet meebslissen
C
Er waren misoogsten
D
Lodewijk XVI had grote schulden

Slide 5 - Quiz

De Franse Revolutie was in
A
1748
B
1776
C
1789
D
1795

Slide 6 - Quiz

Fase 1: Gematigde fase (1789 - 1792)
Fase waarin het Ancien Regime van zijn macht werd ontdaan en de revolutie in het teken stond van het opstellen van een grondwet.
Na de bestorming van de Bastille werden door de derde stand de voorrechten van de adel en de geestelijken afgeschaft. Er werd een verklaring opgesteld: Verklaring van de Rechten van de Mens en van de Burger.

Slide 7 - Slide

Verklaring van de Rechten van de Mens en van de Burger
Iedereen had recht op vrijheid van godsdienst en meningsuiting.
Iedereen was gelijk voor de wet.

Slide 8 - Slide

Belangrijke gebeurtenissen:
17 juni 1789: uitroepen Nationale Vergadering
20 juni 1789: Eed op de Kaatsbaan
14 juli 1789: Bestorming Bastille
4/5 augustus 1789: Afschaffen privileges van het Ancien Regime
20 - 26 augustus 1789: Aannemen Verklaring voor de Rechten van de Mens en Burger
3 september 1791: Grondwet werd aangenomen, hierin werd de macht van de koning beperkt.
20 april 1792: Uitbreken oorlog tegen Oostenrijk en Pruisen die in de Franse Revolutie een bedreiging zagen. 

Slide 9 - Slide

Fase 2: Radicale fase (1792 - 1794)
Fase waarin de revolutie in het teken stond van de woede van burgers op de eerste twee standen en het koningshuis. Deze woede ging gepaard met veel geweld tegen deze groeperingen. Het wordt ook wel De Terreur genoemd omdat onder leiding van Robbespierre er vele mensen stierven. Uiteindelijk belandde Robbespierre ook onder de guillotine omdat hij te extreem was. 

Belangrijke gebeurtenissen:
21 januari 1793: Lodewijk XVI wordt onthoofd
16 oktober 1793: Marie-Antoinette wordt onthoofd
28 juli 1794: Robbespierre wordt onthoofd. 

Slide 10 - Slide

guillotine is
A
een geloof
B
een valbijl
C
een pamflet

Slide 11 - Quiz

De guillotine is een voorbeeld van
A
Vooruitgang
B
Wreedheid
C
Gelijkheid
D
Menselijkheid

Slide 12 - Quiz

Einde van de Franse Revolutie
Na de Terreur die eindigde met de onthoofding van Robbespierre namen de gematigde revolutionairen de macht in de regering over. Frankrijk voerde nog altijd oorlog met het buitenland en de machtsstrijd tussen de radicale en gematigde aanhangers van de revolutie ging nog altijd door. De machtsstrijd werd enkel beëindigd toen Napoleon aan de macht kwam in 1799.  

Slide 13 - Slide

Val van de Bastille
Onthoofding van Robespierre 
Verklaring van de rechten van de mens
Onthoofding Lodewijk XVI
Terreur

Slide 14 - Drag question

1789
1794
1791
1793
De bestorming van de Bastille
Robespierre wordt onthoofd
De koning en koningin worden onthoofd.
Frankrijk wordt een constitutionele monarchie

Slide 15 - Drag question

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Leerdoelen
1. Je kunt uitleggen om welke redenen Lodewijk XVI wel de Staten-Generaal bijeen riep.
 2. Je kunt de gevolgen van het bijeenroepen van de Staten-Generaal benoemen en deze koppelen aan het bestuur tijdens het Ancien Regime.
 3. Je kunt verklaren waarom de Verlichtingsideeën van Locke en Montesquieu veel aanhang kregen in de derde stand en deze herkennen in de beslissingen van de Nationale Vergadering 
4. Je kunt het verloop van de Franse Revolutie benoemen

Slide 18 - Slide