This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
De opbouw van je tekst
Slide 1 - Slide
Wat is de standaard indeling van een tekst? (tip: deze bestaat uit 3 delen)
Slide 2 - Open question
De functie 'samenvatten' en 'conclusie' hoort bij ......
A
De inleiding
B
De kern
C
Het slot
Slide 3 - Quiz
De aandacht trekken van de lezer en het onderwerp introduceren hoort bij ....
A
De inleiding
B
De kern
C
Het slot
Slide 4 - Quiz
In dit onderdeel behandel je je deelonderwerpen...
A
De inleiding
B
De kern
C
Het slot
Slide 5 - Quiz
Wat is er belangrijk bij de opbouw van je tekst?
Slide 6 - Slide
Belangrijke punten
1. Geef een verband aan tussen alinea's met signaalwoorden
Voorbeelden van signaalwoorden: Eerst, vervolgens, daarna, toen, ten slotte, echter, maar, hoewel, toch, tenzij etc.
Slide 7 - Slide
Voorbeeld
Alinea 1: Eerst wil ik gaan onderzoeken hoeveel honden er nu uiteindelijk last hebben van het virus etc......
Alinea 2: Vervolgens ga ik bekijken wat de effecten zijn van het virus etc......
Slide 8 - Slide
Schrijf zoveel mogelijk signaalwoorden op die je kent.
Slide 9 - Open question
Belangrijke punten
2. Gebruik signaalzinnen
Om de opbouw van je tekst nog duidelijker te maken kun je gebruik maken van signaalzinnen.
Signaalzin: In een signaalzin vertel je wat je gaat doen en in welke volgorde je dit gaat doen.
Slide 10 - Slide
Voorbeeld signaalzinnen
Eerst ga ik jullie vertellen wat het probleem is van het virus en daarna zal ik vertellen wat dit voor effect heeft op de dieren.
Eerst ga ik jullie meenemen in mijn werkproces en vervolgens zal ik vertellen wat het probleem is van het virus.
Slide 11 - Slide
Schrijf allemaal een signaalzin met minimaal 1 signaalwoord
Slide 12 - Open question
Belangrijke punten
3. Als je een lange tekst hebt geschreven kun je het beste in het middenstuk even vertellen wat je hebt behandeld en wat je nu gaat doen.
Voorbeeld: Naast deze problemen die te maken hebben met het uiterlijk van rashonden, kennen veel honden ook afwijkingen die worden veroorzaakt door fokken.
Slide 13 - Slide
De inleiding
De kern
Het slot
Vandaag ga ik jullie vertellen over een nieuw virus dat is ontdekt bij dieren. Er zijn een hoop dingen waaraan je kunt herkennen dat jouw dier het virus heeft opgelopen. Deze dingen zal ik vandaag benoemen.
Er zijn 5 dingen waaraan je kunt herkennen dat jouw dier het virus heeft, namelijk: Het wordt erg slaperig, hij kan soms gemeen worden, hij kan last krijgen van zijn benen, hij kan stoppen met eten en hij kan veel niezen.
Vandaag heb ik jullie verteld over het nieuwe virus dat is ontdekt bij dieren. Vervolgens heb ik beschreven wat de kenmerken zijn van een dier die het virus heeft opgelopen. Ik hoop dat ik jullie hier genoeg mee heb geïnformeerd.