Mens en omgeving hoofdstuk 2

Mens en omgeving
Schoonmaak en onderhoud.

1 / 50
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes, text slides and 9 videos.

Items in this lesson

Mens en omgeving
Schoonmaak en onderhoud.

Slide 1 - Slide

Doelen:
De leerling kan online inloggen in de methode.
De leerling hoe je moet schoonmaken.
De leerling weet hoe vaak je moet schoonmaken.

Slide 2 - Slide

Opdracht:
Pen pakken en op je tafel leggen.
Laptop dicht op je tafel leggen.
Zonder te praten op je zitplaats wachten totdat de docent begint!!

Slide 3 - Slide

0

Slide 4 - Video

Professioneel schoonmaken:
Wat is dat?
Wat is het verschil met thuis schoon maken?
Waar moet je op letten?

Slide 5 - Slide

Opdracht:
Lezen blz. 111 en 112.
Maken opdracht 2.01 (blz. 112) en opdracht 2.02 (blz. 112) en opdracht 2.03 (blz. 113).

Slide 6 - Slide

Schoonmaakplan:
Klassikaal lezen blz. 113 t/m 115.
Uitleg opdracht 2.07 (blz. 116).

Slide 7 - Slide

Opdracht:
Maken opdracht 2.04 (blz. 114) en opdracht 2.05 (blz. 115) en opdracht 2.07 (blz. 116).

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Werkvolgorde:
3 regels van werkvolgorde.
Waarom deze volgorde? Niet opnieuw vies en verspreiding van bacteriën.

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Opdracht:
Maak opdracht 2.09 (blz. 118).

Slide 12 - Slide

Soorten vuil:
Droog vuil: zichtbaar, droog reinigen.
Aangekleefd vuil: zichtbaar, klamvochtig reinigen.
Onzichtbaar vuil: micro-organismen, desinfecteren.

Slide 13 - Slide

2.6 soorten vuil
Bekijk de afbeelding en vertel of het volgens jou:
Droog vuil
Aangekleefd vuil
of
Onzichtbaar vuil
is

Slide 14 - Slide

Schoonmaakmethoden:
Droog schoonmaken: stoffen, vegen enz.
Klamvochtig schoonmaken: klamvochtig afnemen, raam schoonmaken, moppen.
Desfinfecteren: toilet schoonmaken.

Slide 15 - Slide

Wat hoort bij wat?
Slaapkamer stofzuigen
Schoonmaken met een doek waarin schoonmaakmiddel is verwerkt
Ramen wassen
Oppervlak reinigen met alcohol
Nat schoonmaken
Droog schoonmaken
Desinfecteren
Klamvochtig schoonmaken

Slide 16 - Drag question

Schoonmaakmaterialen:
Droog schoonmaken: stofdoek, stofzuiger.
Klamvochtig schoonmaken: microvezeldoek, spons, zeem, mop.

Slide 17 - Slide

Opdracht:
Lezen blz. 117 t/m 127.
Maken opdracht 2.08, 2.10,  2.11, 2.13, 2.15, 2.16, 2.17, 2.18 (blz. 118 t/m 127).

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

Uitleg opdracht:
Carrousel.
Maken praktijkopdracht 2.1 a (blz. 26) en opdracht 2.1 c (blz. 28).

Slide 21 - Slide

Regels opdracht:
Rustig werken.
In de groep blijven waar je zit.
Bij een sein van de docent van plaats veranderen.

Slide 22 - Slide

Indeling groepen:
1. Nasir, Nelisha, Maynara, Adam.
2. Victoria, Alicja, Nasre T.
3. Alex,  Maïssa, Tarik, Nasre M.
4. Safwan, Benthe, Robin.
5. Mahad, Mayssa, Khadija.

Slide 23 - Slide

Indeling groepen:
1. Narjiss, Nona, Mohammad.
2. Lamya, Jayda, Sabira.
3. Chaymae, Alysa, Danique.
4. Ayoub, Vanessa, Gabriël.

Slide 24 - Slide

Schoonmaakmiddelen:
Microvezeldoek: geen middel.
Geen microvezeldoek: wel middel.
Desinfectiemiddel bij kans op besmetting.
Soorten schoonmaakmiddel.

Slide 25 - Slide

Ontvetten of ontkalken:
Speciale aanpak van schoonmaken.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Lezen van etiketten:
Wat zit erin?
Waarvoor kan je het middel gebruiken?
Hoeveel moet je gebruiken?

Slide 28 - Slide

Gevaarlijke stoffen:
Wat zit erin?
Waarvoor kan je het middel gebruiken?
Hoeveel moet je gebruiken?

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Pictogrammen:
Plaatje waarop staat wat er gebeurd als het product verkeerd gebruikt wordt.

Slide 31 - Slide

Pictogrammen:
Plaatje laat zien wat er gebeurd als je een product verkeerd gebruikt.

Slide 32 - Slide

Gevaarsymbolen
Op schoonmaakmiddelen staan symbolen op de etiketten.

Voor een veilig gebruik van schoonmaakmiddelen is het belangrijk dat je weet wat de symbolen betekenen en dat je de informatie op de etiketten leest en toepast. 

Slide 33 - Slide

Bijtend
Product heeft een vernietigend effect op lichaamsweefsels als huid, ogen en slokdarm en veroorzaakt brandwonden.

Slide 34 - Slide

Oxiderend
Product kan gemakkelijk vlam vatten als het in contact komt met een ontstekingsbron (brandende sigaret, lucifer, vonk).

Slide 35 - Slide

Milieugevaarlijk
Product kan, als het in het milieu terechtkomt, schadelijk zijn voor de organismen.

Slide 36 - Slide

Gevaar
Product kan bij inname door de mond, via de huid en door inademen mogelijk kankerverwekkend zijn of op een andere manier schadelijk voor de gezondheid, bijvoorbeeld voor de voortplanting.

Slide 37 - Slide

Schaddelijk
Het gezondheidsgevaar van deze producten is minder ernstig dan bij giftige en bijtende stoffen en bij stoffen met een gezondheidsgevaar op lange termijn.

Slide 38 - Slide

Gasfles
Dit zijn samengeperste gassen en vloeibaar gemaakte gassen in gasflessen. Blootstellen aan hoge temperaturen kan brand of ontploffing tot gevolg hebben.

Slide 39 - Slide

Giftig
Product kan bij inname door de mond, via de huid en door inademen ernstig gevaar opleveren en dodelijk zijn.

Slide 40 - Slide

Ontplofbaar
Product kan exploderen als er een ontstekingsbron (vonk, vlam, warmte) bij komt.

Slide 41 - Slide

Praktijkopdrachten:
Uitleg opdrachten in het boek, groepsopdrachten opdracht 2.19 en opdracht klamvochtig afnemen .

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Video

Opdracht:
Lezen blz. 127 t/m 135.
Maken opdracht 2.20, 2.21, 2.22, 2.23, 2.24 en 2.25 (blz. 129 t/m 135).
Opdracht 2.25 in teams.

Slide 44 - Slide

Opdracht:
Lezen blz. 133 t/m 135.
Maken 
opdracht 2.25 in teams!
Gebruik hiervoor je boek en internet.

Slide 45 - Slide

Milieu:
Slecht voor het milieu: chloor, oplosmiddelen.
Biologische schoonmaakmiddelen.

Slide 46 - Slide

Combineer de pictogrammen met de juiste betekenis

Schadelijk

Bijtend

Explosiegevaar

Brandbevorderend

Brandgevaar

Houder onder druk

Giftig

Lange termijn gezondheidschade

Milieugevaar

Slide 47 - Drag question

Slide 48 - Video

Opdracht:
Lezen blz. 136 t/m 140.
Maken opdracht 2.27 (blz. 137) en opdracht 2.28 (blz. 138), opdracht 2.30 (blz. 141/142). 

Slide 49 - Slide

Afsluiting:
Lesevaluatie.
Vooruitblik volgende les.
Huiswerk.

Slide 50 - Slide