What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
H2d 4.6.2021 Wh Akk. Der-Gruppe, pers. voornaamwoorden
Guten Morgen!
Wir brauchen heute:
chromebook (LessonUp.app)
1 / 32
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
32 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Guten Morgen!
Wir brauchen heute:
chromebook (LessonUp.app)
Slide 1 - Slide
Programm 1.6.2021
Grammatik 1 -> Der - Gruppe, 4de naamval
Grammatik 2 -> pers. vnw, 4de naamval
Ihr kennt die persoonlijke voornaamwoorden in de 4de naamval.
Slide 2 - Slide
Der-Gruppe
Slide 3 - Slide
Welche Wörter passen zusammen?
welke
zulke
sommige
all-
welch-
dies-
jed-
manch-
solch-
deze, dit
alle
iedere, elke
Slide 4 - Drag question
Wörter der Der - Gruppe
deze, dit
elke, iedere
sommige
zulke, zo'n
welke
alle
der, die, das
dies-
jed-
manch-
solch-
welch-
alle
Slide 5 - Slide
Der - Gruppe
Dat betekent dat ze op dezelfde manier als
d
er,
di
e,
da
s
vervoegd worden .
Dies
er
Mann ist 80 Jahre alt. Welche
s
Kind ist das?
Ich kenne dies
e
Frau nicht
Slide 6 - Slide
Der - Gruppe (ev)
de
r
Mann -> jede
r
Mann, manche
r
Mann, welche
r
Mann,
diese
r
Mann
di
e
Frau -> jed
e
Frau, manch
e
Frau, welch
e
Frau, dies
e
Frau
da
s
Kind -> jede
s
Kind, manche
s
Kind, welche
s
Kind,
diese
s
Kind
Slide 7 - Slide
Der - Gruppe (mv)
di
e
Kinder -> all
e
Kinder, manch
e
Kinder, welch
e
Kinder,
dies
e
Kinder
Slide 8 - Slide
Das weiß doch jed........... Kind (o)!
Slide 9 - Open question
Welch........... Lehrer (m) ist das?
Slide 10 - Open question
Der - Gruppe 4. Fall
de
n
Mann -> jede
n
Mann, manche
n
Mann, welche
n
Mann,
diese
n
Mann
di
e
Frau -> jed
e
Frau, manch
e
Frau, welch
e
Frau, dies
e
Frau
da
s
Kind -> jede
s
Kind, manche
s
Kind, welche
s
Kind,
diese
s
Kind
Slide 11 - Slide
Diese Frau hat Hunger.
Ich gebe ihr dies.... Hamburger (m).
Slide 12 - Slide
Diese Frau hat Hunger.
Ich gebe ihr dies
en
Hamburger.
Slide 13 - Slide
Diese Frau hat Hunger.
Ich gebe ihr dies... Tomate (v).
A
e
B
es
C
er
D
en
Slide 14 - Quiz
Diese Frau hat Hunger.
Ich gebe ihr dies... Apfel (m).
A
e
B
es
C
er
D
en
Slide 15 - Quiz
Und alles deutlich ????
Slide 16 - Slide
Hausaufgaben für Freitag, 4.6.
Lernen: Der-Gruppe und
Naamvallen
Machen: Kapitel 7, 4.3, 7.1
Staat in planning van methode!
Slide 17 - Slide
Sehen
Arbeitsbuch C Seite 16
5.1
Schüler zu Hause: zie planning online methode, Les 1.6.
Slide 18 - Slide
Toll!
Ihr kennt Wörter der Der-Gruppe!
Slide 19 - Slide
Persoonlijke voornaamworden
in de 4de naamval
Slide 20 - Slide
ich
du
er
wir
ihr
sie
sie
es
Sie
wij
jij
zij
jullie
het
hij
zij
ik
u
Slide 21 - Drag question
4de naamval
Peter is op school. Ik heb
hem
gezien.
Peter ist in der Schule. Ich habe
ihn
gesehen.
Slide 22 - Slide
Persoonlijk voornaamwoord
4e
naamval
1e naamval:
ik jij hij zij het wij jullie zij u
ich du er
sie es
wir ihr
sie Sie
4e naamval:
mij jou hem haar het ons jullie hun/hen u
mich
dich ihn
sie es
uns euch
sie Sie
Slide 23 - Slide
Er sieht mich. Er sieht uns.
Er sieht dich. Er sieht euch.
Er sieht ihn. Er sieht sie.
Er sieht sie. Er sieht Sie.
Er sieht es.
Slide 24 - Slide
Wat wordt de vorm van het persoonlijk voornaamwoord in de 4e naamval? Sleep het juiste antwoord.
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
euch
mich
dich
ihn/sie/es
uns
sie/Sie
Slide 25 - Drag question
mich
dich
ihn
uns
euch
sie
sie
es
Sie
ons
jou
haar
jullie
het
hem
hen
mij
u
Slide 26 - Drag question
Persoonlijk voornaamwoord 4e naamval
Wat betekent 'zonder jou' in het Duits?
A
für dich
B
um dich
C
ohne dich
D
ohne ihn
Slide 27 - Quiz
Persoonlijk voornaamwoord 4e naamval
Wat betekent 'om jullie' in het Duits?
A
für dich
B
um euch
C
ohne mich
D
ohne ihn
Slide 28 - Quiz
Persoonlijk voornaamwoord 4e naamval
Wat betekent 'voor hem' in het Duits?
A
für ihn
B
um dich
C
ohne Sie
D
für sie
Slide 29 - Quiz
Persoonlijk voornaamwoord 4e naamval
Wat betekent 'tegen mij' in het Duits?
A
für mich
B
gegen mich
C
ohne uns
D
durch euch
Slide 30 - Quiz
Plauderecke A
Textbuch Seite 88
Slide 31 - Slide
Hausaufgaben für Dienstag, 8.6.
Lernen: Wörterliste A, 2. Spalte
Machen: K 7 4.1, 14.2
Staat in planning van methode!
Slide 32 - Slide
More lessons like this
H2c 15.6.2021 Wh Akk. Der-Gruppe, pers. voornaamwoorden
June 2021
- Lesson with
29 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Der-groep/aanwijzende voornaamwoorden
January 2023
- Lesson with
26 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Duits 1e en 4e naamval herhaling
September 2024
- Lesson with
13 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Duits 1e en 4e naamval herhaling
September 2018
- Lesson with
13 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
V2 K3 Heute
January 2021
- Lesson with
14 slides
Deutsch
Secondary Education
H2d 1.6.2021 Der-Gruppe
May 2021
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Kapitel 3 Grammatik I Teil 2
April 2020
- Lesson with
22 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3
Duits 1e en 4e naamval herhaling
September 2018
- Lesson with
31 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2