What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Week 40 - §2.1 Hoe kom je aan geld?
1 / 31
next
Slide 1:
Slide
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
31 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
80 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Programma
Resultaten FE1 - Rekonomie
Leerdoelen
Uitleg - §2.1 Hoe kom je aan geld?
LessonUp-quiz
Zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 2 - Slide
Resultaten Formatieve evaluatie 1 - Rekonomie
Gemiddelde = G (8,1)
Aantal onvoldoendes: 0
Slide 3 - Slide
Leerdoelen, aan het einde van de les...
...kun je voorbeelden noemen van
primaire
inkomens
.
...kun je voorbeelden noemen van
overdrachtsinkomens
.
...kun je uitleggen wat
nationaal inkomen
of het
Bruto binnenlands product (bbp)
is.
...ken je de
productiefactoren
en kun je deze koppelen aan de juiste
primaire inkomens
Slide 4 - Slide
§2.1 Hoe kom je aan geld?
Slide 5 - Slide
§2.1 Hoe kom je aan geld?
Een
primair inkomen
ontvang je door met je arbeidskracht of met je bezit een bijdrage te leveren aan het productieproces.
Een
overdrachtsinkomen
is een inkomen dat je krijgt zonder een tegenprestatie te hoeven leveren.
Slide 6 - Slide
Primaire inkomens
Inkomen uit arbeid
Salaris of loon
Inkomen uit vermogen
Rente
Huur (pacht)
Winst
Slide 7 - Slide
Primaire inkomens
Inkomen uit arbeid
Salaris of loon
Inkomen uit vermogen
Rente
Huur (pacht)
Winst
Slide 8 - Slide
Overdrachtsinkomens
Een
overdrachtsinkomen
is een inkomen dat je krijgt zonder een tegenprestatie te hoeven leveren.
Voorbeelden: uitkeringen, toeslagen en tegemoetkoming voor studiekosten.
Worden betaald door de
primaire inkomens.
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Slide
Pak je laptop erbij!!
Slide 12 - Slide
Stelling: De rente die je ontvangt op je spaarrekening, is een voorbeeld van overdrachtsinkomen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quiz
Stelling: Als je een tegemoetkoming krijgt voor je studiekosten van de overheid, dan krijg je een overdrachtsinkomen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 14 - Quiz
Doe je laptop dicht, maar ga
niet uit LessonUp
!
Slide 15 - Slide
Maak opdracht 2.3 a t/m d
Wat
?
Kopen & werken
- §2.1 - blz. 22: opdracht 2.3 a, b, c & d.
Hoe
? Tweetallen, fluisteren!
Hoelang
? 5 minuten.
Klaar
? Ga alvast verder met e t/m j
timer
5:00
Slide 16 - Slide
Opdracht 2.3 a t/m d
Familie Jacobs:
AOW-uitkering: € 1.537,- per maand
Huur kamer Jacco: € 225,- per maand
Rente: € 180 per jaar
Slide 17 - Slide
Opdracht 2.3 a t/m d
Familie Binsbergen:
mevr. € 1.600,- per maand
Meneer: € 1.450,- per maand
Kinderbijslag: € 558 per kwartaal
Rente: € 144,- per jaar
Slide 18 - Slide
Opdracht 2.3 a t/m d
Slide 19 - Slide
Bruto binnenlands product (bbp) – Nationaal inkomen
Het
totale
primaire inkomen
van een land in een jaar noemen we het
nationaal inkomen
.
In plaats van
nationaal inkomen
kom je ook de term
bruto binnenlands product
tegen, afgekort
bbp
.
Wat zijn redenen dat het
bbp
stijgt???
Slide 20 - Slide
2.1.2 Productiefactoren
Productiefactoren of productiemiddelen zijn middelen die productie mogelijk maken. Economen onderscheiden vier soorten productiefactoren.
K
apitaal
A
rbeid
N
atuur
O
ndernemerschap
Slide 21 - Slide
2.1.2 Productiefactoren
Slide 22 - Slide
Productiefactor - Arbeid
Arbeid
: het werk dat mensen verrichten.
Primaire inkomensvorm:
loon of salaris
Slide 23 - Slide
Productiefactor - Kapitaal
Kapitaal
(kapitaalgoederen): Geld, machines, gebouwen, materialen. Alle goederen die worden gebruikt om andere goederen te produceren.
Primaire inkomensvorm:
rente of huur
Slide 24 - Slide
Productiefactor - Natuur
Natuur:
omvat alles wat niet door mensen is geproduceerd, zoals de grond maar ook zonlicht en warmte en natuurlijke grondstoffen.
Primaire inkomensvorm:
Pacht
Slide 25 - Slide
Productiefactor - Ondernemerschap
Ondernemerschap:
het combineren (coördineren van de productiefactoren arbeid kapitaal en natuur in het productieproces.
Primaire inkomensvorm:
winst
Slide 26 - Slide
Pak je laptop er (weer) bij!!
Slide 27 - Slide
Van welke productiefactor is 'rente/huur' het primaire inkomen?
A
Kapitaal
B
Arbeid
C
Natuur
D
Ondernemerschap
Slide 28 - Quiz
Stelling: Als het aantal mensen met een overdrachtsinkomen toeneemt, dan neemt het bbp toe.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 29 - Quiz
Wat is het primaire inkomen van de productiefactor 'ondernemerschap'
A
Rente/huur
B
Loon
C
Pacht
D
Winst
Slide 30 - Quiz
Aan het werk!
Wat?
Kopen & werken
- blz. 22: 2.1 t/m 2.5
Hoe?
Overleggen mag, fluisteren!
Hoelang?
Tot 5 minuten vóór einde van de les.
Klaar?
Nakijken!
Slide 31 - Slide
More lessons like this
Inkomensverdeling
January 2019
- Lesson with
15 slides
by
Economics
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Economie voor vmbo
Hoofdstuk 2 (deel 1)
October 2023
- Lesson with
19 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
2.1 Hoe kom je aan je geld?
September 2024
- Lesson with
19 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H2, les 2
October 2021
- Lesson with
13 slides
Economie
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
Les 11-09-2020, paragraaf 2.1 en begin 2.2
September 2020
- Lesson with
18 slides
Economie
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
H1_03_II - Productiefactoren
September 2024
- Lesson with
15 slides
Economie
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Les 7: Start H2 KANO Primair en overdrachtsinkomen
September 2022
- Lesson with
18 slides
Economie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
H1_03_II - Productiefactoren
January 2024
- Lesson with
15 slides
Economie
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2