This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Islam
Heilige geschriften: Koran, soenna en sharia
Slide 1 - Slide
Herhaling
5 geloofspunten en 5 zuilen?
Slide 2 - Slide
5 geloofspunten
5 zuilen
Sjahada (geloofsbelijdenis
Vasten (saum)
Hadj (bedevaart)
Zakaat (armenbelasting
Salaat (bidden)
Geloof in de ene God
Geloof in engelen
Geloof in profeten
Geloof in de koran en eerdere heilige boeken
Geloof in het laatste oordeel
Slide 3 - Drag question
Lesdoel & lesopbouw
Lesdoelen:
Kennen: Koran, soenna, sharia
Slide 4 - Slide
Koran ('de oplezing')
De Koran is het belangrijkste, heilige boek voor de moslims. Het betekent letterlijk: 'de oplezing'.
Het bestaat uit 114 hoofdstukken, deze worden soera's genoemd, welke weer uit ayahs (verzen) bestaan.
De Koran wordt gezien als het letterlijke woord van God, niet zomaar een door god geïnspireerd werk (joden/christenen zien de Bijbel wel zo).
De Koran is pas in de eeuwen na Mohammed op schrift gezet.
Mohammed kon zelf niet schrijven. De derde rechtgeaarde kalief heeft de standaardversie bepaald.
Slide 5 - Slide
Koran: drie thema's
De langste soera's staan vooraan, na de eerste korte soera (een gebed tot God). Daarna volgen steeds kortere soera's.
De Koran cirkelt om drie thema's:
Allah is de enige God (meerdere goden aanbidden is erg slecht)
Men moet goede werken doen, zoals het helpen van armen.
De laatste dag - er komt een dag waarop God zal oordelen over alle mensen. Op deze laatste dag zal bepaald worden of men naar de hemel of hel gaat.
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Bij welk thema van de Koran hoorde deze soera?
A
Allah is de enige God
B
Men moet goede werken verrichten
C
De laatste dag
D
geen van allen
Slide 8 - Quiz
Slide 9 - Video
Lezen beide imams de Koran alleen maar letterlijk?
A
ja
B
nee
Slide 10 - Quiz
De tweede imam (met zwarte baard) gaf een voorbeeld van wat hij niet letterlijk nam uit de Koran. Wat precies?
A
of je moest bidden
B
of je gestenigd zou worden
C
de beschrijvingen van het paradijs
D
de familie van Mohammed
Slide 11 - Quiz
Soenna: aanvullingen
Soenna zijn de aanvullingen op de Koran. Deze omvatten de hadith en sirah. Zij vormen de basis voor de sharia (islamitische wetgeving).
Deze aanvullingen bestaan uit verhalen over Mohammed, wat hij gezegd aan gedaan heeft.
Moslims gebruiken deze aanvullingen om tot beter begrip te komen wat er precies in de Koran staat, hoe je het moet lezen.
Het is soms een beetje vergezocht: "[persoon x] zei dat [persoon y] zei dat [persoon z] Mohammed heeft gezien met [persoon a]."
Slide 12 - Slide
Sharia
De sharia is de islamitische wetgeving en regelt veel van het dagelijks handelen van moslims. Het is gebaseerd op vier bronnen: (1) Koran, (2) soenna, (3) idjmaa (overeenstemming) en (4) qijaas, redeneringen op grond van eerste drie bronnen.
In de sharia staat vijf categorieen handelingen: (1) wat door God verplicht is om te doen, (2) wat door God sterk aanbevolen wordt om te doen, (3) wat voor God neutraal is (4) wat door God sterk wordt afgeraden en (5) wat door God verboden wordt.
Slide 13 - Slide
Sharia
Richtlijnen met betrekking op: besnijdenis, huwelijk, muziek, het dragen van de juiste kleding, eten van vlees en gebruik van drank.
Strafrecht en huwelijks- en erfrecht.
De sharia is voor moslims de 'weg' van God, die leidt tot geluk.
Probleem: het is niet in een boek vastgelegd, leidt tot discussies.
Slide 14 - Slide
Reflectie: wat weten we nu?
We weten nu dat..
de Koran, soenna en sharia de belangrijkste heilige geschriften zijn voor moslims, met de Koran als het allerbelangrijkst.
de Koran voor moslims het letterlijke woord van God is (hoewel ze het soms niet letterlijk nemen).