Los verbos y evaluacion diagnostica

BIENVENIDOS
1 / 36
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

BIENVENIDOS

Slide 1 - Slide

HOY
Corregir los deberes    --> vragen?
- ejercicio 7 y 8 pág 35
Repaso de los verbos (D: eigen maken)
-ar -er -ir  ser, estar, tener
Evaluación diagnóstica (D: practicar para el SO)
- enkelvoud/meervoud, bijvoegelijk naamwoord, mening geven, iets leuk vinden

Slide 2 - Slide

los deberes
las
respuestas
LA p. 35

Slide 3 - Slide

REPASO DE LOS VERBOS
-ar / -er / -ir
ser / estar / tener

Vul de juiste vervoeging van het werkwoord in

Slide 4 - Slide

Pedro y Ana ___
(comer)

Slide 5 - Open question

Marta y yo ____
(bailar)

Slide 6 - Open question

José, ¿ ___ catorce años?
(tener)

Slide 7 - Open question

La gente ___ poco
(escribir)

Slide 8 - Open question

Ana y tú ____ en España
(vivir)

Slide 9 - Open question

Tú ___ el amigo de Julian
(ser)

Slide 10 - Open question

¿Cuántos años ____ Paco y Pepe?
(tener)

Slide 11 - Open question

yo ___ en casa
(estar)

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Slide

Mening geven
CREO QUE +  ......... 

Moduleboekje --> página 20  1.6

Slide 14 - Slide

Evaluación diagnóstica

voorkeur aangeven
mening geven en hierop reageren
bijvoegelijk naamwoorden + meervoud
gebruik van gustar

Slide 15 - Slide

Hablar de preferencias

Over voorkeur praten

Slide 16 - Slide

¿Cuál es tu ______ favorito?
sport

Slide 17 - Open question

¿Cuál es tu música ______?
favoriet

Slide 18 - Open question

Wat is jouw favoriete eten?
(vertalen)

Slide 19 - Open question

Mi ______ favorita es el español
(school)vak

Slide 20 - Open question

Mi deporte favorito es _______
het basketbal

Slide 21 - Open question

Mijn favoriete dier is een kat
(vertalen)

Slide 22 - Open question

Expresar opinión

Mening geven

Slide 23 - Slide

Creo que la música clásica es _____ (prachtig)

Slide 24 - Open question

ik ook
(vertalen)

Slide 25 - Open question

Creo que el fútbol es _______
leuk

Slide 26 - Open question

ik niet
(vertalen)

Slide 27 - Open question

_____________ es divertido
(Ik denk dat het spaans)

Slide 28 - Open question

Gramatica
Bijvoegelijk naamwoorden en meervoud

Slide 29 - Slide

genial
aburrido
divertida
horrible
interesante

Slide 30 - Drag question

Maak meervoud
el alumno divertido

Slide 31 - Open question

Maak meervoud
la familia grande

Slide 32 - Open question

Maak meervoud
la chica maravillosa

Slide 33 - Open question

Gebruik van gustar

Slide 34 - Slide

a mí me ..                       a ti te ..
GUSTA
GUSTAN
los deportes
la pizza
hablar español
las asignaturas
el fútbol

Slide 35 - Drag question

A ESTUDIAR

    LEREN VOOR JE SO

Slide 36 - Slide