Oefentoets H3 Bronnen van Energie

Oefentoets AK
H3 Bronnen van Energie

De Brug 1, 2 en 3

Paragraaf 3.1


20 vragen



1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Oefentoets AK
H3 Bronnen van Energie

De Brug 1, 2 en 3

Paragraaf 3.1


20 vragen



Slide 1 - Slide

Veel succes!

Slide 2 - Slide

1. Wat is een fossiele energiebron
(1 antwoord goed)?
A
windenergie
B
biomassa
C
steenkool
D
kernenergie

Slide 3 - Quiz


2. Welke hoort
er niet bij?
A
hernieuwbare energie
B
kernenergie
C
aardwarmte
D
groene energie

Slide 4 - Quiz

3. Wat zijn vormen van duurzame energie?
A
Zonne-energie
B
Windenergie
C
Energie uit aardwarmte
D
Energie uit uranium

Slide 5 - Quiz

4. Welke energie wordt vooral in Frankrijk opgewekt?
A
Windenergie
B
Duurzame energie
C
Kernenergie
D
Fossiele energie

Slide 6 - Quiz

5. Het plaatje laat het volgende zien:
A
schachtbouw
B
dagbouw

Slide 7 - Quiz

6. Aardgas ontstaat uit planktonresten
A
goed
B
fout

Slide 8 - Quiz

7. Aardolie wordt meestal vervoerd via tankschepen, pijpleidingen en hoogspanningsleidingen
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quiz

8. Kernenergie is net als waterkracht een duurzame energiebron.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

9. Een belangrijk nadeel van windenergie is
A
dat er niet zo veel stroom mee opgewekt kan worden
B
dat het geen duurzame energiebron is
C
dat de windmolens zorgen voor horizonvervuiling
D
dat de energie die wordt opgewekt niet kan worden getransporteerd

Slide 11 - Quiz

10. Welke zin is juist?
A
Nederland gebruikt meer aardgas dan windenergie
B
Frankrijk gebruikt meer aardgas dan kernenergie
C
Nederland gebruikt meer zonne-energie dan aardolie
D
Frankrijk gebruikt minder aardolie dan kernenergie

Slide 12 - Quiz

11. Welk nadeel van kernenergie
zie je hier?
A
de dampkring raakt vervuild door kernafval
B
radioactief uranium is schadelijk voor de mens
C
kernafval is een duurzame oplossing
D
radioactief uranium zit in zonnepanelen

Slide 13 - Quiz

12. Wat zie je hier?
A
De klimaatverandering
B
De kernenergie
C
De elektrische stroom
D
De duurzame energiebron

Slide 14 - Quiz

13. Waar of niet waar?
Aardgas komt vrij bij de vorming van steenkool én aardolie
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

14. Wat gebeurt er in een thermische centrale?
A
Stroom opwekken met behulp van zonne-energie
B
Stroom opwekken met behulp van aardwarmte oftewel geothermie
C
Aardgas produceren door dit diep uit de grond te halen
D
Stroom opwekken uit verbranding van kolen, aardgas of biomassa

Slide 16 - Quiz

15. Hoe wordt elektriciteit vervoerd?
A
Hoeft niet, stroom komt uit het stopcontact
B
Via pijpleidingen
C
Via hoogspannings-kabels
D
Via tankschepen

Slide 17 - Quiz

16. Wat is géén fossiele brandstof?
A
Bruinkool
B
Aardwarmte
C
Veen
D
Steenkool

Slide 18 - Quiz

17. Bij het inkolingsproces worden plantenresten in miljoenen jaren steenkool. Wat is de juiste volgorde?
A
Veen, bruinkool, turf, steenkool
B
Turf, veen, bruinkool, steenkool
C
Steenkool, bruinkool, turf, veen
D
Veen, turf, bruinkool, steenkool

Slide 19 - Quiz

18. Het meeste aardgas dat in Nederland gebruikt wordt komt uit
A
De Waddenzee en de Noordzee
B
Groningen en de Noordzee
C
Utrecht en het IJsselmeer
D
Zeeland en Noord-Brabant

Slide 20 - Quiz

19. De meeste groene / duurzame energie in Nederland komt uit
A
Aardgas
B
Zonne-energie
C
Windenergie
D
Bio-massa

Slide 21 - Quiz

20. Voor een waterkrachtcentrale heb je twee dingen nodig:
A
Water en hoogspanningskabels
B
Zeewater en water in rivieren
C
Water en een getijdecentrale
D
Water en hoogteverschillen

Slide 22 - Quiz

einde van de oefentoets

Slide 23 - Slide