This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Geschiedenis
Een land om trots op te zijn
Slide 1 - Slide
Leerdoel
Aan het eind van deze les:
Je kent de bondgenootschappen van WO I
Je weet de oorzaken te benoemen van WO I.
Slide 2 - Slide
De Eerste Wereldoorlog
Slide 3 - Slide
Alle oorzaken zorgen voor een eplosieve situatie in Europa
Het wachten is op het aansteken van de lont...
Slide 4 - Slide
Oorzaak 1
Nationalisme
Extreme trots op het eigen volk en land: 'Ons land is het beste!'
Slide 5 - Slide
Oorzaak 2
Militarisme
Trots op alles wat met het eigen leger te maken heeft
Vertrouwen in de kracht van het eigen leger
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Video
Oorzaak 3
Wapenwedloop
Vooral tussen Engeland en Duitsland ontstaat
een felle strijd om wie de sterkste en meeste wapens heeft
Slide 8 - Slide
Nationalisme is:
A
Een eigen staat voor je land willen.
B
Een grote liefde hebben voor je eigen volk.
C
Een leger hebben om je eigen volk te verdedigen.
D
Niet zwakker willen zijn dan andere volken.
Slide 9 - Quiz
Welk woord heeft niets te maken met nationalisme?
A
vlag
B
land
C
mitrailleur
D
volk
Slide 10 - Quiz
Welk woord heeft niets te maken met militarisme?
A
soldaat
B
volkslied
C
uniform
D
medailles
Slide 11 - Quiz
Alle oorzaken zorgen voor een eplosieve situatie in Europa
Het wachten is op het aansteken van de lont...
Slide 12 - Slide
Wat is modern imperialisme ook alweer?
Slide 13 - Mind map
Oorzaak 3
Modern imperialisme
De Europese landen willen hun macht uitbreiden in Azië en Afrika. Vooral GB en Frankrijk hadden kolonies. Duitsland liep achter en wilde meer kolonies....
Slide 14 - Slide
Waarom dan een wereldoorlog?
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Waarom wordt deze oorlog een wereldoorlog genoemd?
Slide 17 - Mind map
Alle oorzaken zorgen voor een eplosieve situatie in Europa
Het wachten is op het aansteken van de lont...
Slide 18 - Slide
Europa 1900
Slide 19 - Slide
Welke grote landen zie je in Europa?
Slide 20 - Open question
Oorzaak 6
Bondgenootschappen
Economische en militaire afspraken tussen de landen: Wij helpen elkaar!
Triple Alliantie: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en Italië
Triple Entente: Groot-Brittannië, Frankrijk en Rusland
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Waarom werden Duisland, Oostenrijk-Hongarije en Italië de Centralen genoemd?
A
Omdat ze in het midden van Europa liggen.
B
Omdat ze een centraal leger hadden.
C
Omdat ze een centrale regering hadden.
D
Omdat ze een middelmatige taal hadden.
Slide 23 - Quiz
In 1914 kwamen veel Europese landen met elkaar in oorlog. Wat is daarvan geen oorzaak
A
nationalisme
B
opkomst van Hitler
C
militarisme
D
bondgenootschappen
Slide 24 - Quiz
Welk land hoort niet bij de Centralen
A
Oostenrijk-Hongarije
B
Bulgarije
C
Duitsland
D
Frankrijk
Slide 25 - Quiz
Bij welk bondgenootschap hoorde Frankrijk in 1914?