H9 Negatieve getallen

§9.1

§9.1

Dinsdag 26 januari 2021

1 / 25

Slide 1: Slide

WiskundeMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

§9.1

§9.1

Dinsdag 26 januari 2021

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

- je leert wat positieve en negatieve getallen zijn

- ...aangeven op een getallenlijn

- tekens groter dan, kleiner dan, gelijk aan

- tegengestelde getallen

Slide 2 - Slide

Paragraaf 1

Slide 3 - Slide

9.1 Positieve en negatieve getallen

Getallen boven de 0 heten positieve getallen (+)

Getallen onder de 0 heten negatieve getallen (-)
Het getal 0 is niet positief en niet negatief, maar neutraal.

Slide 4 - Slide

Tekens

< is kleiner dan

> is groter dan

= is gelijk aan

is niet gelijk aan

is ongeveer gelijk aan

\neq

\approx

Slide 5 - Slide

Groter dan >
Kleiner dan <

7 > 6 Lees je als "7 is groter dan 6"

2 < 3 Lees je als "2 is kleiner dan 3"

> betekent dus "is groter dan"
< betekent dus "is kleiner dan"

Ezelsbruggetje:

De opening van < en > staat altijd aan de kant van het grootste getal.

Slide 6 - Slide

-3 ... 5

Slide 7 - Quiz

-6 ... -2

Slide 8 - Quiz

Tegengestelde getallen

Tegengestelde getallen liggen op de getallenlijn even ver van 0.

Opgeteld zijn deze getallen altijd 0.

Bijvoorbeeld:

De getallen -4 en 4 zijn elkaars tegengestelden, want -4+4=0.

Slide 9 - Slide

Aan de slag

Maak §9.1 opdracht 1-8

Lees de theorie

Gebruik je getallenlijn

Klaar? Kijk voorkennis na en §9.1

Lever je werk in (showbie)

timer

0:15

Slide 10 - Slide

Paragraaf 2 en 3

Je mag de opgaven met de heks overslaan.

Dat zijn de opgaven: 8,9,14,17,18 en 22.

Slide 11 - Slide

Volgorde bij berekening

Stappenplan

tussen de Haakjes
Machten (dus ook Kwadateren)
Vermenigvuldigen en Delen (v.l.n.r)
Optellen en Aftrekken (v.l.n.r)

Help Mij Van Die Onvoldoendes Af!

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

AANPAK

Neem eerst de opgaven in het geheel over.

Vervang alle +- en -- door één teken.

Slide 14 - Slide

Negatieve getallen, de bewerkingen + en -

Met zonder jas naar buiten, betekent zonder jas. Dus + - = -

Niet zonder jas naar buiten, betekent met jas. Dus - - = +

Uitwerking:

-6+-2--5= vervang +- en -- in een bewerking.

-6 -2 +5= bereken, gebruik de volgorde van bewerkingen.

-8 + 5 = -3

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Paragraaf 4

Je mag de opgaven met de heks overslaan.

Dat zijn de opgaven: 25,26,27 en 29

Slide 18 - Slide

Negatieve getallen x

6 x 2= 12

6 x -2= -12

-6 x 2= -12

-6 x -2= 12

positief getal x positief getal = positief getal

positief getal x negatief getal = negatief getal

negatief getal x positief getal = negatief getal

negatief getal x negatief getal = positief getal

Vermenigvuldigen

positief getal x positief getal = positief getal

positief getal x negatief getal = negatief getal

negatief getal x positief getal = negatief getal

negatief getal x negatief getal = positief getal

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Negatieve getallen :

6 : 2= 3

6 : -2= -3

-6 : 2= -3

-6 : -2= 3

positief getal : positief getal = positief getal

positief getal : negatief getal = negatief getal

negatief getal : positief getal = negatief getal

negatief getal : negatief getal = positief getal

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Paragraaf 5

Slide 23 - Slide

Machten

2 x 2 x 2 x 2 x 2 x 2 = 64

Dit is een product van 6 gelijke factoren.

Je kunt het ook schrijven als

2^{​ 6 ​ ​}

Slide 24 - Slide

Oneven exponent

Even exponent

Machten met een negatief grondtal

2^{​ 3 ​ ​} = 2 \cdot 2 \cdot 2 = 8

(- 2)^{​ 3 ​ ​} = - 2 \cdot - 2 \cdot - 2 = - 8

- 2^{​ 3 ​ ​} = - (2 \cdot 2 \cdot 2) = - 8

-2 is het grondtal, dus negatief

2 is het grondtal, dus positief

2^{​ 4 ​ ​} = 2 \cdot 2 \cdot 2 \cdot 2 = 16

(- 2)^{​ 4 ​ ​} = - 2 \cdot - 2 \cdot - 2 \cdot - 2 = 16

- 2^{​ 4 ​ ​} = - (2 \cdot 2 \cdot 2 \cdot 2) = - 16

-2 is het grondtal, dus positief