Engels woordjes eten en drinken AB

• Engels
• Basisschool
• Groep 5

Engels

Woordjes oefenen

a bite

1. een hap, hapje
2. banaan
3. eten
4. ontbijt

loaf of bread

1. boter
2. stukje brood
3. heel brood
4. rijst

book shop

1. boekwinkel
2. kookboek
3. bibliotheek
4. kauwgum

cake

1. suiker
2. cake, taart
3. peer
4. lunch, middageten

biscuits

1. sap
2. pizza
3. kaas
4. koekjes

comic book

1. moppenboek
2. stripboek
3. planetenboek
4. boek

lollipop

1. sinaasappel
2. pop
3. lolly
4. ijsje

breakfast

1. lunch
2. ontbijt
3. koekjes
4. avondeten

beef

1. boter
2. biefstuk
3. rundvlees
4. hamburger

cheese

1. koekje
2. rijst
3. kaas
4. salade

liquorice

1. snoepjes
2. drop
3. suiker
4. snoepjes

meatball

1. bordje
2. voetbal
3. een hapje
4. gehaktbal

dinner

1. lunch
2. avondeten
3. melk
4. ontbijt

fruit pie

1. cake
2. vlaai
3. fruit
4. fruitsnoepje

salmon

1. vis
2. verkopen
3. zalm
4. avondeten

shrimp

1. salade
2. zalm
3. garnaal
4. spring

lunch

1. avondeten
2. ontbijt
3. sinaasappel
4. lunch, middageten

milk

1. melk
2. theelepel
3. spaghetti
4. jam

orange

1. banaan
2. peer
3. sinaasappel
4. boter

tea

1. brood
2. thee
3. theelepel
4. ontbijt

teaspoon

1. avondeten
2. pasta
3. boterham
4. theelepel

water

1. water
2. melk
3. chocola
4. appel

Thanks!

Thank you for joining!