rekenen met procenten!

Welkom
We gaan rekenen met procenten

Voorkennis ophalen
doel van de les
Theorie
Zelf aan de slag
1 / 22
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom
We gaan rekenen met procenten

Voorkennis ophalen
doel van de les
Theorie
Zelf aan de slag

Slide 1 - Slide

Als je batterij van je telefoon HELEMAAL vol is. Hoeveel procent is je batterij dan?
A
1
B
25
C
50
D
100

Slide 2 - Quiz

50%
10%
25%
70%
1 / 2
1 / 4
1/10
7/10

Slide 3 - Drag question

50%
25%
33,3 %
20%
1/2
1/4
Sleep de juiste breuk naar de juiste procenten.
1/3
1/5

Slide 4 - Drag question

Sleep de juiste breuk naar het juiste aantal procenten
100%
66,7%
62,5%
16,7%
80%
87,5%
1/6
⅝   

⅔  
 
⅞ 

1

Slide 5 - Drag question

Lesdoelen

- Je leert rekenen met procenten

Slide 6 - Slide

Hoe maak je 
een verhoudingstabel?

Slide 7 - Slide


Korting betekent dat je de korting van het bedrag af haalt?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Nora koopt een cd in de opruiming. De cd kost € 16,95. Ze krijgt €10 korting. Hoeveel procent is dat?
Sleep de juiste getallen in de verhoudingstabel.
procent

euro
16,95
100
10
1
X
?

Slide 9 - Drag question


Een nieuwe smartwatch kost € 300
Ik krijg 10% korting, hoeveel euro korting is dit?
A
10
B
15
C
25
D
30

Slide 10 - Quiz

Voorbeeld 1: Bereken de nieuwe prijs
%
100

Slide 11 - Slide



Er zijn 8600 zitplaatsen,
62,5 % is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn bezet?
Rekenen met procenten
%
aantal

Slide 12 - Slide



Er zijn 8600 zitplaatsen,
62,5 % is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn bezet?

Rekenen met procenten
%
aantal
100
8600
1
62,5
?
x

Slide 13 - Slide



Er zijn 8600 zitplaatsen,
62,5 % is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn bezet?

8600:100x62,5=5375
5375 plaatsen zijn bezet.
Rekenen met procenten
%
aantal
100
8600
1
62,5
5375
x

Slide 14 - Slide



  1. 100% invullen
  2. Wat weet je?
  3. Wat moet je weten?
  4. 1 en x invullen
  5. Uitrekenen

Stappenplan voor rekenen met procenten
%
aantal
100
8600
1
62,5
5375
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5

Slide 15 - Slide



Een armband kost €15,
je krijgt 40% korting.
Hoeveel kost de armband nu?


Rekenen met procenten: nieuwe prijs
%
aantal
100

Slide 16 - Slide



Een armband kost €15,
je krijgt 40% korting.
Hoeveel kost de armband nu?

40% korting, dus er blijft 60% over van de prijs.

%
aantal
100
15
1
60
?
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5
Rekenen met procenten: nieuwe prijs

Slide 17 - Slide



Een armband kost €15,
je krijgt 40% korting.
Hoeveel kost de armband nu?

15:100x60=9
De armband kost nu €9,00.
%
aantal
100
15
1
60
9
x
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5
Rekenen met procenten: nieuwe prijs

Slide 18 - Slide

Oplossing
Stap 1 :
Je krijgt 10% korting, dus moet je nog 90% betalen.

Stap 2: 
€ 80 : 100 = € 0,80 (dit is dus 1%)
Je krijgt 10% korting => € 0,80 x 10 = € 8,- korting

Je betaalt due : € 80 -  € 8 = € 72

Slide 19 - Slide

Opgave
Je krijgt op elk artikel 25% korting.
Bereken de nieuwe prijs voor elk artikel.

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Tot volgende les!

Slide 22 - Slide