Begrijp je waarom het belangrijk is om deze woorden te kennen
Ken je verschillende examenwoorden en wat ze betekenen
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4
This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Lesdoel
Aan het einde van deze les:
Weet je wat examenwoorden zijn
Begrijp je waarom het belangrijk is om deze woorden te kennen
Ken je verschillende examenwoorden en wat ze betekenen
Slide 1 - Slide
examenwoorden
Slide 2 - Mind map
examenwoorden
In de examenopgaven komen allerlei woorden en begrippen aan de orde. Deze woorden zijn belangrijk om te kennen. Als je de betekenis van deze woorden kent, begrijp je beter wat je moet doen.
Slide 3 - Slide
Twee soorten examenwoorden
Vakbegrippen en vaktaalwoorden: woorden die je bijna alleen gebruikt bij een bepaald vak. Bijvoorbeeld: micro-economie bij economie. Tekstdoel, signaalwoorden en tekstverbanden bij Nederlands
Algemene abstracte begrippen: woorden die je nodig hebt om informatie te kunnen opnemen, onthouden en uitvoeren. Bijvoorbeeld: gevolg, conclusie, functie en afleiden.
Slide 4 - Slide
Voorbeelden
1) Noem de aanleiding van het schrijven van de tekst.
2) Welk argument gebruikt mijnheer de Graaf?
3) Gebruik maximaal 20 woorden.
Slide 5 - Slide
Met 'de aanleiding' wordt bedoeld:
A
gebeurtenis
B
voorbeeld
C
effect
D
de reden waarom
Slide 6 - Quiz
Een 'argument' is een:
A
reden of verklaring
B
aanleiding
C
gevolg
D
oorzaak
Slide 7 - Quiz
'Maximaal 20' betekent:
A
precies 20
B
niet meer dan 20
C
in ieder geval 20
D
ongeveer 20
Slide 8 - Quiz
Oefenen
Maak oefening 1 van het stencil Examenwoorden Nederlands
Doe dit in stilte! Je krijgt 10 minuten de tijd.
Slide 9 - Slide
https:
Slide 10 - Link
Nakijken
We kijken de oefening klassikaal na.
Je bent stil
Je let op
En je verbetert fouten.
Slide 11 - Slide
Maak een woordenlijst
Schrijf de woorden en hun betekenis van oefening 1 over.
Bewaar de woordenlijst in je snelhechter.
Leer de betekenis van de woorden.
Slide 12 - Slide
Wat wordt bedoeld met examenwoorden?
Slide 13 - Open question
Waarom is het belangrijk dat je de betekenis van examenwoorden kent?
Slide 14 - Open question
Van welke examenwoorden ken je de betekenis?
Slide 15 - Mind map
Oefening 2
Maak oefening 2 van het stencil Examenwoorden Nederlands
Slide 16 - Slide
Huiswerk:
Zie studiewijzer en Magister
Slide 17 - Slide
Dit is het einde van deze les
Je mag je spullen opruimen.
Schuif je stoel aan.
Wacht met het verlaten van het lokaal tot de bel is gegaan.