Trede 1 - Leerdoel 2 - Persoonlijk voornaamwoord

Bonjour! 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Bonjour! 

Slide 1 - Slide

Aujourd'hui
Gesprek voeren (kennismaken)
Les nombres 0 - 20
Persoonlijk voornaamwoord 
Les buts: 
een kennismakingsgesprek voeren
tellen tot 20
persoonlijk voornaamwoord gebruiken

Slide 2 - Slide

Conversation
  • Ça va?
  • Comment tu t'appelles?
  • Tu habites où?
  • Tu as quel âge?
  • Tu as des frères et des soeurs?

Slide 3 - Slide

LES NOMBRES
Sleep blauw naar rood.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
cinq
six
un
deux
trois
quatre
neuf
dix
huit
sept

Slide 4 - Drag question

Combinez les chiffres
dix-sept
vingt
quatorze
seize
onze
dix-neuf
quinze
dix-huit
douze
treize
11
12
13
15
14
16
17
18
19
20

Slide 5 - Drag question

Persoonlijk voornaamwoord
ik
je / j'
jij
tu
hij
il
zij
elle
men/we (spreektaal)
on
wij 
nous
u
jullie 
vous
zij  
ils (mannelijk)
elles (vrouwelijk)

Slide 6 - Slide

Vertaal: Hij
A
il
B
Elle
C
Je
D
Tu

Slide 7 - Quiz

Vertaal: u
A
Je
B
Tu
C
nous
D
vous

Slide 8 - Quiz

Vertaal: wij
A
B
nous
C
ils
D
vous

Slide 9 - Quiz

Vertaal: Zij (vrouwelijk meervoud)

Slide 10 - Open question

ik
jij
hij
zij
men/we
wij
jullie/u
zij(m)
zij (v)
Les pronoms personnels
- persoonlijk voornaamwoorden.
Je
Elles
Nous
il
Tu
Elle
Vous
ils
On

Slide 11 - Drag question

ik 
jij
hij  / zij / men
wij
jullie / u
zij
zij 
vous
je
nous
ils
il / elle / on
tu
elles

Slide 12 - Drag question

Avoir (hebben)
Je hebt het werkwoord avoir al eerder gezien. Welke zinnen met het werkwoord 'hebben' ken je al?
J'ai
Tu as
Il/elle/on a
nous avons
vous avez
ils/elles ont

Slide 13 - Slide