Les 4 (-2) schatten en meten

1. Schatten en meten
1 / 22
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1,2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

1. Schatten en meten

Slide 1 - Slide

Deze les
Terugblik op de vorige les
Leerdoelen bespreken
Uitleg 1.3
Opdrachten maken

Slide 2 - Slide

Terugblik
Veilig werken in het practicumlokaal is belangrijk!


Slide 3 - Slide

Op een etiket staat dit gevaren symbool. Wat betekent dit symbool?
A
Giftig
B
Irriterend
C
Milieugevaarlijk
D
Licht ontvlambaar

Slide 4 - Quiz

Op welke manieren kun je jezelf beschermen als je werkt met gevaarlijke stoffen?

Slide 5 - Open question

Welke afbeelding is een maatbeker?
A
B
C
D

Slide 6 - Quiz

Waar staat de erlenmeyer afgebeeld?
A
B
C
D

Slide 7 - Quiz

Leerdoelen
Je leert het verschil tussen meten en schatten.
Je leert hoe je meetinstrumenten af moet lezen.
Je kunt eenheden omrekenen.

Slide 8 - Slide

Schatten
Schatten = ongeveer

Slide 9 - Slide

Schatten en meten
Schatten kan erg moeilijk zijn...

En vaak is het belangrijk om heel precies te meten!

Slide 10 - Slide

Meetinstrument
Je meet een grootheid altijd met een passend meetinstrument.

Voor iedere klus is er het juiste meetinstrument


Slide 11 - Slide

Meetinstrumenten 
Grootheid
Symbool
Eenheid
Symbool
Meetinstrument
Massa
m
Kilogram
kg
weegschaal
Volume
V
Liter
L
maatcilinder
Afstand
s
Meter
m
liniaal/rolmaat
Temperatuur
T
graden Celsius/
Kelvin
  C
K
thermometer
Tijd
t
uur
h
klok/stopwatch
°

Slide 12 - Slide

Grootheden
Grootheid = alles wat je kunt meten

Slide 13 - Slide

Eenheden
Een eenheid is de mate waarin je een grootheid meet.
Een eenheid staat altijd achter het getal en hoort bij een bepaalde grootheid.

De afstand van Wijk bij Almelo naar Vroomshoop is 21  kilometer.

Slide 14 - Slide

Grootheid
Eenheid
massa
volume
temperatuur
tijd
kilogram
seconde
milliliter
° Celcius

Slide 15 - Drag question

Welke eenheid hoort niet bij de grootheid lengte?
A
km
B
m
C
mm
D
mL

Slide 16 - Quiz

Welk meetinstrument kun je het beste gebruiken om de inhoud (volume) te meten van een glas ranja?
A
keukenweegschaal
B
maatbeker
C
meetlat
D
thermometer

Slide 17 - Quiz

Welke grootheid meet je met een stopwatch?
A
volume
B
massa
C
tijd
D
seconden

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Link

Aan de slag
Maak de opdrachten die horen bij paragraaf 1.4
blz. 26 t/m 29 vraag 1 t/m 14

Slide 21 - Slide

Leerdoelen
Je leert het verschil tussen meten en schatten.
Je leert hoe je meetinstrumenten af moet lezen.
Je kunt eenheden omrekenen.

Slide 22 - Slide