PW bespreken + afronden 5.2 (UL 5.3) (1m/h)

planning
  • proefje afmaken
  • PW thema 2 bespreken
  • Wie nog wat?!
  • Nakijken opdrachten 5.2 (+HW-C)
  • leerdoelen 5.3
  • uitleg 5.3
  • huiswerk opgeven  

1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

planning
  • proefje afmaken
  • PW thema 2 bespreken
  • Wie nog wat?!
  • Nakijken opdrachten 5.2 (+HW-C)
  • leerdoelen 5.3
  • uitleg 5.3
  • huiswerk opgeven  

Slide 1 - Slide

Open je boek op blz. 154


Lees goed wat je moet doen bij werkplan

Slide 2 - Slide

invullen van:
  • hypothese
  • resultaten 
  • conclusie

Slide 3 - Slide

 PW thema 2 bespreken!


Dus alleen een markeerstift op tafel, verder helemaal niets!

Slide 4 - Slide

Wie nog wat:
KINGSTON + NOAH + YASSIN;
Alsnog PW maken en inleveren 
(1x geprinte versie en 1x via classroom).



YASSIN: aan eind van de les laten aftekenen en C10

Slide 5 - Slide

Open je boek op blz. 92-93

Je gaat zelf je antwoorden nakijken en verbeteren 
van opdracht 1 t/m 7

Slide 6 - Slide

5.3

Slide 7 - Slide

Leerdoelen
Ik kan uitleggen hoe het gehoor- en gezichtszintuig werken.
  • Ik kan de delen van het oor benoemen met hun functie.
  • Ik kan de bouw en de werking van het oog beschrijven.

Slide 8 - Slide

het oor 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Het Oog (buitenkant)

Slide 11 - Slide

Het Oog (binnenkant)

Slide 12 - Slide

Pupilreflex
Buurman of buurvrouw sluit de ogen voor 5 seconden.
De ander kijkt goed naar de ogen.
Open je ogen. Let op de pupillen!

Wissel om!

Slide 13 - Slide

  • Bij zwak licht wordt de pupil juist groter. 
  • Bij veel licht wordt de pupil klein. 



Slide 14 - Slide

Werking van ogen
Lichtstralen gaan eerst door de lens. De lens kan boller en platter worden. Op die manier zorgt de lens ervoor dat de lichtstralen precies op de gele vlek vallen. Je ziet dan scherp. De lens keert het beeld ook om, maar dat wordt weer ´rechtgezet' door je hersenen. 

Slide 15 - Slide

Bijziend / Verziend
Bijziend -> ziet goed dichtbij;
Ooglens te bol of oogbol te lang

Verziend -> ziet goed verweg;
Ooglens te plat of oogbol te kort

Slide 16 - Slide

De brillenglazen

Slide 17 - Slide

Huiswerk voor volgende les:
Maak IN JE WERKBOEK van thema 5
van basisstof 5.3
opdracht 1 t/m 5 + 7 t/m 20 

Slide 18 - Slide