interieur onderhoud

interieur onderhoud
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Facilitaire dienstverleningVoortgezet speciaal onderwijs

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

interieur onderhoud

Slide 1 - Slide

Welke materialen je nodig
bij het interieur onderhoud?

Slide 2 - Mind map

Waar begin je met interieur onderhoud?
A
De vingertasten verwijderen van deurklink en lichtknop.
B
Kijk in de ruimte waar en hoe erg de vervuiling is.
C
Vuilniszak verwisselen.
D
Vensterbanken afnemen met een blauwe werkdoek.

Slide 3 - Quiz

Met welk materiaal maak je de bovenkant van een hoge kast stofvrij?
A
Blauwe werkdoek
B
rode werkdoek
C
spinragmop
D
interieurmop

Slide 4 - Quiz

Met welk materiaal haal je grof vuil van een bureau?
A
stoffer en blik
B
interieurmop
C
spinragmop
D
blik en papier

Slide 5 - Quiz

Wanneer en hoe stofzuigen we een interieur?
A
het hele kantoor word gestofzuigd
B
als er weinig ligt, sla je het stofzuigen over
C
je stofzuigt tippend waar het vuil ligt
D
alleen als het kantoor leeg is

Slide 6 - Quiz

Bij het stofzuigen er zijn meerdere antwoorden goed:
A
werk ik met een rechte rug
B
werk ik met een gebogen rug
C
zak ik door mijn knieën

Slide 7 - Quiz

Wat doe je eerst?
A
stofzuigen
B
afstoffen

Slide 8 - Quiz

Welke doek gebruiken we bij het afstoffen van de vensterbank?
A
stofwismop
B
papieren doekje
C
stoffer en blik
D
blauwe werkdoek

Slide 9 - Quiz

De stofwismop gebruik ik altijd tijdens interieurschoonmaak.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Als ik een hoge kast moet afstoffen gebruik ik:
A
een trapje en de blauwe werkdoek
B
daar kan ik niet bij die sla ik over
C
de stofzuiger
D
de spinragmop

Slide 11 - Quiz

De handpad gebruik ik bij 2 onderdelen van schoonmaak, welke zijn dat?
A
moppen
B
interieur
C
sanitair
D
stofwissen

Slide 12 - Quiz

Wanneer gebruik je een stofwismop
A
gladde vloeroppervlakten
B
vloerbedekking
C
natte vloeren
D
alle 3 die bij a,b en c staan

Slide 13 - Quiz

Als je een ruimte schoon maakt, wat is de goede volgorde van schoonmaken:
A
van buiten naar binnen
B
van binnen naar buiten
C
van vies naar schoon
D
van schoon naar vies

Slide 14 - Quiz

Wanneer moet er een nieuwe vuilniszak in de vuilnisbak?
A
altijd, maakt niet uit wat er inzit
B
als er viezigheid inzit wat kan gaan stinken
C
als er papier inzit
D
nooit, dan doen andere mensen

Slide 15 - Quiz

Bij welk onderdeel van schoonmaak moet de vuilniszak altijd verschoond worden?
A
interieur
B
sanitair

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide