Rechtsstaat diagnostische toets

Rechtsstaat diagnostische toets
1 / 29
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Rechtsstaat diagnostische toets

Slide 1 - Slide

Test je kennis

Slide 2 - Slide

Wat is een rechtsstaat?
A
Een staat waarin de overheid alle rechten heeft.
B
Een staat waarin de rechten van burgers tegenover de overheid worden beschermd.
C
Een staat waarin de regering bepaalt welke rechten burgers hebben.
D
Een staat waarin de burgers rechten willen hebben.

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Video

In het filmpje wordt gesproken over een spagaat in de rechtsstaat. Je weet vast wat een spagaat is.

Welke spagaat voor de rechtsstaat wordt besproken in het filmpje?

Slide 5 - Open question

Wat vind je zelf van de spagaat? Vind je dat privacy ondergeschikt is aan veiligheid? Of juist dat de privacy belangrijker is en dus gerespecteerd moet worden? Probeer je mening uit te leggen

Slide 6 - Open question

timer
0:30
Wetgevende macht
Uitvoerende macht
Rechterlijke macht
Regering
Rechtbank, Gerechtshof en Hoge Raad
Regering en Staten-Generaal

Slide 7 - Drag question

Slide 8 - Video

Het filmpje gaat over botsende grondrechten. Leg uit wat botsende grondrechten zijn en om welke gaat het in het filmpje?

Slide 9 - Open question

timer
1:00
Klassieke grondrechten
Sociale grondrechten
Vrijheid van meningsuiting
Recht op werk
Recht op gelijke behandeling
Recht op veilig bestaan
Recht op gezondheidszorg
Godsdienstvrijheid

Slide 10 - Drag question

Welk doel van straf hoort hier bij?
timer
0:30
A
Wraak en vergelding
B
Resocialisatie
C
Voorkomen van eigenrichting
D
Beveiliging van de maatschappij

Slide 11 - Quiz

Welk doel van straf is in dit geval niet behaald?
timer
0:30
A
Wraak en vergelding
B
Resocialisatie
C
Voorkomen van eigenrichting
D
Beveiliging van de maatschappij

Slide 12 - Quiz

Wat staat in artikel 1 in de grondwet?
A
Recht op gelijke behandeling
B
Vrijheid van meningsuiting
C
De scheiding van de 3 machten
D
Aanwezigheid van vrije en eerlijke verkiezingen

Slide 13 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een klassiek grondrecht?
A
Recht op gezondheidszorg
B
Recht op huisvesting
C
Recht op onderwijs
D
Recht op vrijheid van meningsuiting

Slide 14 - Quiz

Recht op onderwijs is een ...
A
Klassiek grondrecht
B
Sociaal grondrecht
C
Vrijheidsrecht
D
Politiekrecht

Slide 15 - Quiz

Ook het koningshuis moet zich aan de wet houden.
A
Dit past bij een rechtsstaat.
B
Dit past niet bij een rechtsstaat.

Slide 16 - Quiz

Een rechter kan niet worden ontslagen, hoort bij ..
A
een rechtsstaat
B
een dictatuur

Slide 17 - Quiz

Een journalist moet naar de gevangenis, omdat hij kritiek heeft op de regering
A
rechtsstaat
B
dictatuur

Slide 18 - Quiz

Zet in juiste volgorde
Vonnis, Tenlastelegging door OvJ, Onderzoek door rechter, Requisitoir/Pleidooi, Onderzoek door rechter
Opening door rechter
Laatste woord
timer
2:00

Slide 19 - Open question

Wat is geen kenmerk van een rechtsstaat
A
Grondrechten
B
Scheiding der machten
C
Legaliteitsbeginsel
D
Censuur

Slide 20 - Quiz

Match de verschillende onderdelen van een rechtszaak met de stap waar ze bij horen.
Stap 1
Stap 2
Stap 3
Stap 4
Stap 5
Stap 6
Stap 7
Stap 8
Stap 9
Opening
Terlastenlegging
Onderzoek
Verklaring
Requisitoir
Pleidooi
Laatste woord
Schorsing
Vonnis

Slide 21 - Drag question

Wat is het legaliteitsbeginsel?
A
Geen straf zonder wet
B
straffen voor jongere mensen
C
beloningen
D
straffen van vroeger

Slide 22 - Quiz

Wat zijn de vier kenmerken van de rechtsstaat?
Kenmerk 1
Kenmerk 2
Kenmerk 3
Kenmerk 4
Er is sprake van een democratie
Er zijn grondrechten
Er zijn politieke partijen
De machten zijn gescheiden/ trias politica
Er is persvrijheid
Er zijn onafhankelijkerechters
Er is sprake van het legaliteits-beginsel 

Slide 23 - Drag question

Geef vijf doelen van straffen

Slide 24 - Open question

Dat de overheid zich aan de wet moet houden is onderdeel van:
A
Gelijkheidsbeginsel
B
Legaliteitsbeginsel
C
Controlebeginsel
D
Vrijheidsbeginsel

Slide 25 - Quiz

Het doel van de trias politica is om:
A
de overheid geen macht te geven
B
het volk alle macht te geven
C
de macht van de overheid te verdelen
D
de rechten en plichten van burgers vast te leggen

Slide 26 - Quiz




Wat is geen macht die hoort bij de Trias Politica?
Wat is geen macht die hoort bij de Trias Politica?
A
Uitvoerende macht
B
Rechterlijke macht
C
Controlerende macht
D
Wetgevende macht

Slide 27 - Quiz

Welke van de beweringen is of zijn juist?
I. Uitlokking is toegestaan in de VS als methode voor het opsporen van crimineel gedrag.
II. In China zijn speciale juryrechtbanken ingesteld om de mensenrechten te bewaken.
A
I is juist, II is onjuist.
B
I is onjuist, II is juist.
C
I en II zijn beide juist.
D
I en II zijn beide onjuist.

Slide 28 - Quiz

Wat is de opsporingsmethode 'uitlokking'?
A
Provocerend gedrag
B
Een ander aanzetten tot het plegen van een strafbaar feit
C
Je uitdagend gedragen zodat een ander verleid wordt iets te doen
D
Een allergische reactie die volgt op het eten van een bepaald voedingsmiddel

Slide 29 - Quiz