H24 Formeel Informeel

Les 24 
Leerdoel: het onderscheid kunnen maken tussen formeel en informeel taalgebruik zodat je dat in de juiste situatie kunt gebruiken
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Les 24 
Leerdoel: het onderscheid kunnen maken tussen formeel en informeel taalgebruik zodat je dat in de juiste situatie kunt gebruiken

Slide 1 - Slide

Formeel & informeel
  • Mondeling
  • Schriftelijk 


Wat is het verschil? Wanneer gebruik je wat?

Slide 2 - Slide

Formeel


Voldoet aan regels
Zakelijk
Deftig
Zoals het hoort 
Vooral buitenshuis
Zakelijke situaties
Informeel


Persoonlijk
Losser
Niet-zakelijke situaties
Niet-officiële situaties
Met vertrouwde mensen

Slide 3 - Slide

Formele tekst 
  • Woorden volledig uitschrijven
  • Niet vloeken, geen straattaal of modewoorden
  • Spelling, grammatica en interpunctie kloppen (moet correct)
In een brief of e-mail:
  • u-vorm
  • formele aanhef (beste, geachte etc.) en afsluiting (met vriendelijke groet)
  • Wees beleefd, niet te direct of kortaf
  • Geef wel alle informatie die nodig is (wees volledig) 

Slide 4 - Slide

formeel of informeel?
Hallo mevrouw Notte, Mijn opa is jarig. Mag ik vrij? Groetjes Lana
A
Formeel
B
Informeel

Slide 5 - Quiz

formeel of informeel?

Geachte mevrouw Notte, Onze klas is erg benieuwd naar de cijfers. Zou het u lukken de proefwerken zo snel mogelijk na te kijken? Met vriendelijke groet, Yunus
A
Formeel
B
Informeel

Slide 6 - Quiz

Welke fout zit hier in?

Geachte mevrouw Notte, Onze klas is erg benieuwd naar de cijfers. Zou het u lukken de proefwerken z.s.m. na te kijken? Met vriendelijke groet, Yunus
A
Een mail moet met 'ik' beginnen
B
Yunus moet zijn achternaam noemen
C
z.s.m. moet uitgeschreven worden (zo snel mogelijk)
D
Je mag een docent niet mailen

Slide 7 - Quiz

Maak hier een formele zin van:
Ik vind het echt mega debiel dat ik de les werd uitgegooid. Ik deed wel mee!

Slide 8 - Open question

Fouten die vaak gemaakt worden in formele situaties 
Niet kunnen kiezen: formeel en informeel door elkaar

Heel ouderwetse woorden gebruiken (ouderwets is niet hetzelfde als formeel, al waren mensen vroeger wel formeler) 

Hypercorrectie: ten onrechte iets corrigeren (bijv. even groot dan...)

Slide 9 - Slide

Welke fout wordt gemaakt?
He ouwe, ff doorlopen (tegen iemand die je niet kent bij de kassa)
A
te formeel
B
te informeel
C
hypercorrectie
D
ouderwets

Slide 10 - Quiz

Welke fout wordt gemaakt?
Geachte bol.com, kunt u misschien toelichten waarom u zulke shitzooi verkoopt?
A
formeel en informeel door elkaar heen
B
te informeel
C
hypercorrectie
D
ouderwets

Slide 11 - Quiz

Welke fout wordt gemaakt?
De voorzitter sprak: "ik wil graag een extra pauze ingelasten in deze vergadering"
A
formeel en informeel door elkaar heen
B
te informeel
C
hypercorrectie: het is inlassen
D
ouderwets: je zegt tegenwoordig meeting

Slide 12 - Quiz