This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Leren B1 en B2
Vandaag gaan we oefenen met B1 en B2.
Maar eerst... Wat weet je hier nog allemaal van?
(Pak je boek er maar bij ;) )
Slide 1 - Slide
Sevicemonteur
Slide 2 - Mind map
Verpleegster
Slide 3 - Mind map
Kunstmatige inseminatie
Slide 4 - Mind map
Servicemedewerker ICT
Slide 5 - Mind map
Kraamverzorgster
Slide 6 - Mind map
Fruitkweker
Slide 7 - Mind map
Stroom gaat van - naar +
Klopt dit?
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quiz
Hoeveelheid elektrische stroom.
Hoe noem je dit ook wel?
A
Stroom
B
Elektriciteit
C
Spanning
D
Ampère
Slide 9 - Quiz
Grootheid : .... Eenheid : Volt (V)
A
Stroom
B
Elektriciteit
C
Spanning
D
Ampère
Slide 10 - Quiz
Grootheid : Stroomsterkte Eenheid : ......
A
Stroom
B
Elektriciteit
C
Spanning
D
Ampère
Slide 11 - Quiz
Als de spanning ..1... wordt, wordt de stroomsterkte ..2..
A
1 : meer
2 : minder
B
1 : meer
2 : meer
C
1 : minder
2 : meer
D
1 : minder
2 : minder
Slide 12 - Quiz
Wat is het nadeel van een knoopcelbatterij?
A
De stoffen in de batterij raken op
B
Je kunt de batterij opladen
C
De stoffen in de batterij zijn giftig
Slide 13 - Quiz
Wat is het nadeel van een oplaadbare batterij?
A
De stoffen in de batterij raken op
B
Je kunt de batterij opladen
C
De stoffen in de batterij zijn giftig
Slide 14 - Quiz
Welke batterij zie je hier op het plaatje?
A
Staafbatterij
B
Accu
C
Knoopcelbatterij
D
Dynamo
Slide 15 - Quiz
Hoe wekt een dynamo stroom op?
A
Doordat de dynamo zelf beweegt
B
Doordat de wiel tegen de dynamo aan beweegt
C
Door kwik en cadmium
D
Door een accu
Slide 16 - Quiz
Een generator lijkt op een hele grote...
A
Accu
B
Batterij
C
Dynamo
Slide 17 - Quiz
De route van elektriciteit begint in de elektriciteitscentrale. Hoeveel Volt is dat?
A
10.000 V
B
360.000 V
C
230 V
Slide 18 - Quiz
De route van elektriciteit begint in de elektriciteitscentrale. Daarna gaat de elektriciteit door naar de hoogspanningsmasten. Hoeveel Volt gaat daar doorheen?
A
10.000 V
B
360.000 V
C
230 V
Slide 19 - Quiz
Na de elektriciteitscentrale en de masten, komt de elektriciteit bij een transformatorstation. Hoeveel Volt wordt er dan omgezet?
A
10.000 V
B
360.000 V
C
230 V
Slide 20 - Quiz
Na de elektriciteitscentrale , de masten en de transformatorstation, gaat de elektriciteit naar een transformatorhuisje. In hoeveel Volt wordt de elektriciteit dan omgezet?
A
10.000 V
B
360.000 V
C
230 V
Slide 21 - Quiz
Servicemonteur
Verpleegster
Kunstmatige inseminatie
Netjes werken, sociaal
Netjes werken met dieren
Weten hoe installaties werken
Slide 22 - Drag question
Schrijf op...
Wat je goed moet kunnen voor elk beroep (minimaal 3 eigenschappen)
Stuur een foto/screenshot naar de juf.
Slide 23 - Slide
Schrijf op...
Geef van elk begrip een omschrijving
Schrijf op..
Geef van de volgende begrippen de omschrijving, en stuur op naar de juf.
1. Spanning 2. Stroomsterkte
3. Ampere (A)
4. Spanningsbron
5. Accu
6. Knoopcel-batterij
7. Staafbatterij
8. Dynamo
9. Generatoren
10. Transformator
Slide 24 - Slide
Schrijf op...
Geef van elk begrip een omschrijving
Schrijf op..
Geef van de volgende begrippen de omschrijving, en stuur op naar de juf.