Past simple

• Engels
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 1-4

Past Simple

Aan het einde van de les kun je:

• de Past Simple herkennen
• de Past Simple gebruiken
• de Past Simple toepassen

Past Simple

Gebruik je: als iets in het verleden is gebeurd en nu is afgelopen.

Signaalwoorden: 

Vaak een duidelijke tijdsbepaling in het verleden:

yesterday / 5 years ago / last week / in 1999

Past Simple: regelmatig

	I / you / he / she/ it / we / they
+	ww + ed
	I talk ed to Isaac last week . They talk ed to Isaac last week . Je gebruikt voor alle personen dezelfde vorm!

Past Simple: regelmatig

	Soms is er nog een aanpassing nodig, zodat de uitspraak herkenbaar blijft.
to use to study to stop to travel	You use d the computer an hour ago . We stud ied for a test yesterday . She stop ped the movie a minute ago . They travel led to Spain last summer.

Wat geef je aan met de past simple?

1. Iets dat altijd, nooit of regelmatig gebeurt.
2. Iets dat NU aan de gang is.
3. Iets dat is gebeurd in het verleden.
4. Iets dat begon in het verleden en nu nog steeds bezig is.

Wat is de standaardregel van de past simple?

1. Hele ww + ed.
2. Hele ww + s.
3. Vorm van to be + hele ww + ing.
4. Have/has + voltooid deelwoord.

Welke zin staat in de past simple?

1. She liveed in the city.
2. She lived in the city.
3. She is living in the city.
4. She lives in the city.

Welke signaalwoorden horen bij de past simple?

1. Tomorrow, next week, in 2025.
2. Last month, yesterday, a month ago, in 2012.
3. Today, now, as we speak.
4. Again, always, constantly.

Welke zin staat in de Past Simple?

1. She studied a lot last night.
2. She studyed a lot last night.
3. She studyd a lot last night.
4. She studies a lot last night.

Welke zin staat in de Past Simple?

1. John planned his vacation last night.
2. John planed his vacation last night.
3. John plans his vacation last night.
4. John is planning his vacation last night.

My dad ... (to cook) dinner yesterday.

I ... (like) chocolate when I was young.

Voor mij is de standaardregel van de past simple nu...

Helemaal duidelijk!

Nog niet helemaal duidelijk.

Helemaal niet duidelijk.