This lesson contains 17 slides, with text slides and 3 videos.
Items in this lesson
2.5 Skelet en levenswijze
Slide 1 - Slide
Doelen van de paragraaf
Je kunt uitleggen hoe het skelet van een dier past bij zijn leefwijze.
Je kunt beschrijven hoe gewervelde dieren in het water en op het land bewegen.
Je kunt uitleggen hoe ongewervelde dieren stevig zijn en hoe ze kunnen bewegen.
Slide 2 - Slide
Bouwplan
Er is een overeenkomst in het bouwplan.
De vorm of de lengte van verschillende botten kunnen verschillen.
Afhankelijk van zijn manier van leven is er een aanpassing aan het skelet.
Slide 3 - Slide
Vorm en functie
Slide 4 - Slide
Vorm en Functie
Aanpassingen aan
omgeving
voedsel
klimaat
manier van leven
Slide 5 - Slide
Voeten/poten
Voeten bij zoogdieren
Onze voeten zijn gewelfd, geboogd
Zo kunnen ze beter gewicht dragen
Slide 6 - Slide
Zoolganger
Beer
Slide 7 - Slide
Leeuw
teenganger
Slide 8 - Slide
Topganger
topganger
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Opdracht
Werk in 2- tallen.
Kies een dier van de ongewervelde uit van blz. 24 van je boek.
Beantwoord de vragen op de volgende dia.
tijd: 10 min.
Slide 11 - Slide
Vragen
Op welke manier kan het dier zich voortbewegen?Goede uitleg geven!
Heeft dit dier een 'skelet' en op welke manier zorgt het voor stevigheid?
Op welke manier is het dier aangepast aan zijn leefomgeving? Noem daarbij zijn manier van bewegen en of hij spieren heeft en/ of gebruikt en of ademhaling.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Slide 14 - Video
En de regenworm?
Slide 15 - Slide
Bewegingscyclus van de worm
De regenworm zet zich vast met de borstels aan de achterzijde.
De kringspieren trekken samen, waardoor het voorste deel van het lichaam naar voren schuift.
Daarna zet de worm zich vast met de borstels aan de voorzijde.
Vervolgens trekken de lengtespieren samen, waardoor het achterste deel naar voren wordt getrokken.
Door dit herhaaldelijk te doen, kruipt de regenworm golvend door de grond. Dit helpt hem bij het graven van tunnels,