11.5 Energie besparen

11.5 Energie besparen
Kader in de kring

Basis beginnen met lezen paragraaf 6 - Isolatie
bladzijde 191
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with text slides.

Items in this lesson

11.5 Energie besparen
Kader in de kring

Basis beginnen met lezen paragraaf 6 - Isolatie
bladzijde 191

Slide 1 - Slide

Leerdoelen: Je kunt
  • uitleggen wat de wet van behoud van energie inhoudt.
  • toelichten wat precies wordt bedoeld met ‘zuinig zijn met energie’.
  • twee manieren beschrijven waarop mensen energie kunnen besparen.
  • de rendementen vergelijken van gloeilampen, spaarlampen en ledlampen.
  • het energieverbruik van apparaten berekenen in joule en in kilowattuur.
  • uitleggen hoe energielabels je kunnen helpen om een apparaat te kiezen.

Slide 2 - Slide

De wet van behoud van energie

De totale hoeveelheid energie is voor en na de energie-omzetting even groot.

De wet zegt iets over de hoeveelheid energie, niet hoe waardevol die energie is.

Slide 3 - Slide

Lekker zuinig

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Zuinig met energie
Het heeft verschillende voordelen om minder elektrische en chemische energie te verbruiken.

  1.  Je energierekening gaat omlaag.
  2.  Het is beter voor het milieu.
  3. Het spaart grondstoffen en kostbare ruimte.

Slide 6 - Slide

HET ENERGIEVERBRUIK BEREKENEN
Als je wilt uitrekenen hoeveel geld je op je elektriciteitsrekening bespaart, moet je het energieverbruik dus berekenen in kWh. Je gebruikt daarvoor de formule: E =P ∙ t

• E het elektrisch energieverbruik in kilowattuur (kWh)
• P het elektrisch vermogen in kilowatt (kW)
• t de tijd die het apparaat heeft gewerkt in uur (h).
aantekening

Slide 7 - Slide

VOORBEELDOPDRACHT 1
Barber Ara vervangt een gloeilamp van 50 W door een ledlamp van 5 W. Hij schat dat de ledlamp elk jaar 3000 uur brandt. 
  • Bereken hoeveel geld Ara elk jaar op zijn energierekening bespaart, als 1 kWh € 0,40 kost.


Slide 8 - Slide

VOORBEELDOPDRACHT 1
Barber Ara vervangt een gloeilamp van 50 W door een ledlamp van 5 W. Hij schat dat de ledlamp elk jaar 3000 uur brandt. Bereken hoeveel geld Ara elk jaar op zijn energierekening bespaart, als 1 kWh € 0,40 kost.
  •  gegeven P =50W=0,050 kW              t = 800 h 
  • gevraagd gloeilamp:    E =? kWh             
  •  Uitwerking E = P ∙ t = 0,050 × 3000 = 150 kWh
  • Nathan bespaart dus in één jaar 150 − 15 = 135 kWh.
  • In geld is dat 135 × € 0,40 = € 54,00.

Slide 9 - Slide

HET ENERGIELABEL
Op elektrische apparaten staat meestal vermeld hoe groot het elektrisch vermogen van het apparaat is. 
Als een apparaat een veranderlijk vermogen heeft, wordt het maximale vermogen vermeld. Een apparaat van 200 W neemt bijvoorbeeld per seconde maximaal 200 J elektrische energie op. 
Het werkt dan ‘op vol vermogen’.

Slide 10 - Slide

voorbeeld uit een examen 
De lift bereikt een hoogte van 382 m. 
1) Toon met een berekening aan dat de toename van de zwaarte-energie 6,1 MJ is. 
2)De lift doet er 37 s over om tot een hoogte van 382 m te komen. Wat is het gemiddeld geleverde vermogen?
 A  6,1 MJ 
B 6,1 MW 
C 165 MJ 
D 165 kW 

Slide 11 - Slide

Energie monitoren

Je kunt op verschillende manieren je verbruik bijhouden 

Als je inzicht hebt in je verbruik kun je ook zien wat het effect is van bv. verduurzamen

Slide 12 - Slide

Lesdoelen
Energie begrijpen: Leg uit wat de wet van behoud van energie betekent.

Zuinig zijn met energie:
Vertel wat er wordt bedoeld met 'zuinig zijn met energie'.

Energie besparen:
Beschrijf twee manieren waarop je energie kunt besparen.

Slide 13 - Slide

Lesdoelen
Lampen vergelijken: Vergelijk de efficiëntie van gloeilampen, spaarlampen en ledlampen.

Energieverbruik berekenen: Bereken het energieverbruik van apparaten in joule en kilowattuur.

Energielabels begrijpen: Leg uit hoe energielabels je kunnen helpen bij het kiezen van een apparaat.

Slide 14 - Slide

Huiswerk
Basis: Paragraaf 6 afmaken

Kader:
Lezen H11 Paragraaf 5 (blz 182)
Maken opdracht 1 t/m 13 (blz 187)

Slide 15 - Slide