7.4 De wereld wordt kleiner

H7 Nederland en het buitenland


§ 7.1 Nederland handelsland
§ 7.2 Kunnen we vrij handelen?
§ 7.3 Nederland en de EU
§ 7.4 De wereld wordt kleiner
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H7 Nederland en het buitenland


§ 7.1 Nederland handelsland
§ 7.2 Kunnen we vrij handelen?
§ 7.3 Nederland en de EU
§ 7.4 De wereld wordt kleiner

Slide 1 - Slide

Waaraan denk jij bij het
begrip 'globalisering'?

Slide 2 - Mind map

Globalisering (= mondialisering)
= door toename van de wereldwijde contacten en handel raken mensen en bedrijven over de hele wereld steeds meer met elkaar verbonden.
Oorzaken:
- wegnemen van handelsbelemmeringen;
- technologische ontwikkelingen.

Slide 3 - Slide

Globalisering 

Slide 4 - Slide

Gevolg van globalisering:
de internationale arbeidsverdeling neemt toe.
product wordt gemaakt (en geëxporteerd) door het land dat dit het beste en goedkoopste kan 
(zie ook § 7.2).

Slide 5 - Slide

Maken: opgave 1, 2 en 3 (blz. 214)
timer
7:30

Slide 6 - Slide

Opgave 1 (blz. 214)
a  
 



 

 
   

Slide 7 - Slide

Opgave 1 (blz. 214)
a  Toegevoegde waarde voor 779 andere bedrijven = 
     100% – 60% = 40% van € 1.000 = € 1.000 ÷ 100 × 40 = € 400
     



 
 



 

 
   

Slide 8 - Slide

Opgave 1 (blz. 214)
a  Toegevoegde waarde voor 779 andere bedrijven = 
     100% – 60% = 40% van € 1.000 = € 1.000 ÷ 100 × 40 = € 400
     Dus: € 400 ÷ 779 bedrijven = € 0,51 
b  



 
 



 

 
   

Slide 9 - Slide

Opgave 1 (blz. 214)
a  Toegevoegde waarde voor 779 andere bedrijven = 
     100% – 60% = 40% van € 1.000 = € 1.000 ÷ 100 × 40 = € 400
     Dus: € 400 ÷ 779 bedrijven = € 0,51 
b  Andere bedrijven kunnen de onderdelen beter en vooral 
    goedkoper leveren dan wanneer Apple die onderdelen zelf 
    maakt.



 
 



 

 
   

Slide 10 - Slide

Opgave 2 (blz. 214)
a  

 
 



 

 
   

Slide 11 - Slide

Opgave 2 (blz. 214)
a  Bijv.: mobiele telefoons, internet, e-mail, apps. 
b  

 
 



 

 
   

Slide 12 - Slide

Opgave 2 (blz. 214)
a  Bijv.: mobiele telefoons, internet, e-mail, apps. 
b  Bijv.:
     - Vliegtuigen. Hiermee kunnen producten over grote    
        afstanden snel worden vervoerd.
     - Containerschepen. Hiermee kunnen grote hoeveelheden 
        producten goedkoop over een grotere afstand worden 
        vervoerd.

 
 



 

 
   

Slide 13 - Slide

Opgave 3 (blz. 215)
a   in 2017: € 20.000 miljard = 118
     in 2020:                ?                 = 104

  


 
 



 

 
   

Slide 14 - Slide

Opgave 3 (blz. 215)
a   in 2017: € 20.000 miljard = 118
     in 2020:                ?                 = 104

     Dus:   ?  =  € 20.000 miljard ÷ 118 × 104 = € 17.627 miljard

b  



 
 



 

 
   

Slide 15 - Slide

Opgave 3 (blz. 215)
a   in 2017: € 20.000 miljard = 118
     in 2020:                ?                 = 104

     Dus:   ?  =  € 20.000 miljard ÷ 118 × 104 = € 17.627 miljard

b  Door de coronapandemie werd het vervoer over de wereld 
     sterk beperkt. Er was hierdoor veel minder export en import.



 
 



 

 
   

Slide 16 - Slide

Handelsverdrag (= handelsakkoord)

= onderlinge afspraken tussen landen over 
de handel en investeringen
bijvoorbeeld over:
- verlaging invoerrechten;
- veiligheidseisen;
- milieu-eisen;
- arbeidsomstandigheden.

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video


Voordelen:



Nadelen:

Globalisering

Slide 19 - Slide


Voordelen:
- lagere prijzen
- meer keuze
- meer export 
(daarom is de internationale concurrentiepositie belangrijk)


Nadelen:

Globalisering
de mate waarin een land betere en/of goedkopere producten kan maken dan andere landen

Slide 20 - Slide


Voordelen:
- lagere prijzen
- meer keuze
- meer export 
(daarom is de internationale concurrentiepositie belangrijk)


Nadelen:
- laaggeschoold werk naar lagelonenlanden
- ongelijkere verdeling 
van de welvaart
- milieuproblemen
Globalisering
de mate waarin een land betere en/of goedkopere producten kan maken dan andere landen

Slide 21 - Slide

INTERNATIONALE 
CONCURRENTIEPOSITIE
de mate waarin een land betere en/of goedkopere producten kan maken dan andere landen

Slide 22 - Slide

1.  
2. 
3. 
4. 
Wat kan een land doen om de 
internationale concurrentiepositie verbeteren?

Slide 23 - Slide

1.  Goed onderwijs
2. Goede gezondheidszorg
3. Goede infrastructuur
4. Innovaties 
Wat kan een land doen om de 
internationale concurrentiepositie verbeteren?
vernieuwingen van productiemethoden of producten

Slide 24 - Slide

Aan het werk
7.4 De wereld wordt kleiner
- lezen blz. 214 t/m blz. 217
- maken opdracht 1 t/m 10
Klaar? Zelf nakijken via It's Learning

Slide 25 - Slide