What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Kapitel 2 haben & sein
Log in met je eigen naam.
Schrift en pen op tafel.
timer
2:30
Wo ist dein Handy?
-> werkboek, pen en schrift op tafel.
-> Log in met je
eigen naam
1 / 30
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vmbo b, havo
Leerjaar 1,2
This lesson contains
30 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Log in met je eigen naam.
Schrift en pen op tafel.
timer
2:30
Wo ist dein Handy?
-> werkboek, pen en schrift op tafel.
-> Log in met je
eigen naam
Slide 1 - Slide
Donnerstag den 6. Februar
- zusammen Wörter lesen (Seite fünfundneunzig)
- haben und sein
- selbständig arbeiten: digitale methode
- Gibt es Fragen?
Slide 2 - Slide
haben en sein
Leerdoelen:
Ik kan de werkwoorden haben en sein vervoegen.
Ik weet welke woorden ik in het Duits met een Großbuchstabe schrijf.
Slide 3 - Slide
haben sein
ich habe bin
du hast bist
er/sie/es hat ist
wir haben sind
ihr habt seid
Sie/sie haben sind
Slide 4 - Slide
het werkwoord
haben
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
habe
hast
hat
haben
habt
haben
Slide 5 - Drag question
Het werkwoord
sein
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
ist
seid
bin
bist
sind
sind
Slide 6 - Drag question
Wat is de juiste vorm van sein?
Sie
A
seid
B
sein
C
sind
D
sint
Slide 7 - Quiz
sie (enkelvoud)
A
sind
B
ist
C
sein
D
hat
Slide 8 - Quiz
ihr
A
sind
B
seid
C
sein
D
sint
Slide 9 - Quiz
du
A
bist
B
seid
C
ist
D
bin
Slide 10 - Quiz
Wir ............. 15 Jahre alt.
A
bin
B
sein
C
seid
D
sind
Slide 11 - Quiz
Ich ... 20 Jahre alt
A
ist
B
bin
C
sind
D
seid
Slide 12 - Quiz
Vertaal: ik ben
Slide 13 - Open question
Vertaal: jij bent
Slide 14 - Open question
Vertaal: zij is
Slide 15 - Open question
Vertaal: wij zijn
Slide 16 - Open question
Vertaal: u bent
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Video
u heeft
A
sie sind
B
sie haben
C
Sie sind
D
Sie haben
Slide 19 - Quiz
(hebt) du Geschwister?
A
ist
B
sind
C
hat
D
hast
Slide 20 - Quiz
Andrea (heeft) blonde Haare.
A
haben
B
habe
C
habt
D
hat
Slide 21 - Quiz
Mein Vater (...?...) 3 Brüder.
A
sind
B
haben
C
habt
D
hat
Slide 22 - Quiz
Frau Müller, (heeft u) Kinder?
A
habt ihr
B
haben Sie
C
haben sie
D
hast du
Slide 23 - Quiz
Vertaal: ik heb
Slide 24 - Open question
Vertaal: jij hebt
Slide 25 - Open question
Vertaal: hij heeft
Slide 26 - Open question
Vertaal: wij hebben
Slide 27 - Open question
Vertaal: hebben jullie
Slide 28 - Open question
& JETZT?
Digitale methode:
klassencode = 353876
Lektion 2.1
Aufgabe 9, 10, 11
Lektion 2.2
Aufgabe 9, 10
Lernen:
haben und sein (Seite siebenundzechzig)
Lernbox 1, 2, 3 und 4 (Seite fünfundneunzig)
Extra uitdaging:
Lektion 2.1 en 2.2 test jezelf
Slide 29 - Slide
Schrijf 2 zinnen met het werkwoord haben en sein. Let op: Großbuchstaben en leestekens.
Slide 30 - Open question
More lessons like this
Haben en sein
28 days ago
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 2,4
1bkt Kapitel 2 haben & sein
1 month ago
- Lesson with
28 slides
Duits
Middelbare school
vmbo b, havo
Leerjaar 1,2
1bkt Kapitel 2 haben & sein
November 2022
- Lesson with
28 slides
Duits
Middelbare school
vmbo b, havo
Leerjaar 1,2
Personalpronomen, haben & sein 1BK
November 2022
- Lesson with
49 slides
Duits
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1,2
Personalpronomen, haben & sein 1BK
January 2023
- Lesson with
49 slides
Duits
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1,2
K1 persoonlijk voornaamwoord & werkwood sein
September 2019
- Lesson with
14 slides
Duits
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Kapitel 2 Woche 42 Grammatik, Sprechen
September 2020
- Lesson with
31 slides
Duits
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
Kapitel 2 Wir / sein / haben
November 2023
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1