Catering les 3

1 / 25

Slide 1: Slide

Facilitair LeidinggevendeMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with text slides.

Lesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programma

Week 1 Catering en werkinstructie

Week 2 Allergenen

Week 3 Geld en kassa

Week 4 Opdrachten voor cijfer

Slide 2 - Slide

Geld = Een algemeen aanvaard ruilmiddel

Chartaal geld = Het tastbare geld. Dit kun je vasthouden en kun je zien, zoals munten en bankbiljetten

Giraal geld = Het niet tastbare geld,

zoals het geld op de bank.

Slide 3 - Slide

Chartaal geld

Echtheidskenmerken:

- Kijken

* Watermerk

* Veiligheidsgraad

* Doorzichtregister

Slide 4 - Slide

- Kantelen

* Hologram

* Goudgeel glanzende band

* Kleur van de cijfers

Slide 5 - Slide

- Voelen

*Reliëf

Slide 6 - Slide

Vergrootglas

Ultraviolet-lamp

Infrarood-kijker

Slide 7 - Slide

Giraal geld

Pinpas

Mobiel betalen

Creditcard/Debetcard

Overige betaalmiddelen:

Cadeaubon

Tegoedbon

Consumptiebon

Slide 8 - Slide

Loyaliteitsprogramma’s

Een beloning die bedrijven aan trouwe klanten geven.

Loyaliteitskaarten

Zegels

Spaarzegels

Koopzegels

Actiezegels

Kortingsbonnen

Merk gebonden loyaliteitsprogramma’s

Slide 9 - Slide

Eerst halen, later betalen

Afterpay Acceptgirokaart Overschrijvingen Automatisch betalen Internetbankieren Online direct betalen

Slide 10 - Slide

Online betalen

IDEAL

Paypal

Slide 11 - Slide

Opdracht

Maak van H 18:

Slide 12 - Slide

Kasopmaak

Aan het eind van je werkdag moet de inhoud van de kassa gecontroleerd worden.

Ervaring?

Slide 13 - Slide

Derving

= verlies van inkomsten die je normaal gesproken wel zou hebben gehad.

Bij goederen kan dat door bederf, beschadiging of diefstal komen.

Derving van kasgeld is ook mogelijk

Slide 14 - Slide

Voorbeelden van derving (verlies van inkomsten) bij de kassa:

Wisselfouten

Omzetfouten

Afrondingsfouten

Administratieve fouten

Vergissingen

Vermissingen

Diefstal of fraude door klanten, personeel of leveranciers (dit wordt ook wel criminele derving genoemd)

Slide 15 - Slide

Criminele derving

Slide 16 - Slide

Afromen

Afromen = het teveel aan geld uit de kassa halen.

Afroombox of cashbox: een klein kluisje

waar het teveel aan kasgeld ingestopt

kan worden.

Slide 17 - Slide

Kassa opmaken

Het vergelijken van het geld en de waardepapieren in de kassa of in de afroombox, met het bedrag wat volgens het kasregister aanwezig is.

Slide 18 - Slide

Kassa opmaken

X-afslag of X-bon: kassabon met het totaal van alle omzet van die dag tot op dat moment.

Z-afslag of Z-bon: kassabon met het totaal van alle omzet van die dag. De tellingen worden weer op 0 gezet.

Kaskantoor: de ruimte die is ingericht voor de opmaak van de kassa’s

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Kassa-tellijst

Slide 22 - Slide

Afroomformulier

Slide 23 - Slide

Kasafdracht

Afdrachtlijst: een formulier om vast te stellen hoeveel geld er naar de kluis moet

Slide 24 - Slide

Opdrachten kassa

Vul de kassatellijst in
Vul de afdrachtlijst in
Vul de begrippenlijst in

Slide 25 - Slide