Grafiek tekenen, coördinaten, kwadranten

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Leerdoel van vandaag

Ik kan bepalen in welk kwadrant een punt ligt

Assenstelsel

De horizontale as heet de x-as

De verticale as heet de y-as.

Assenstelsel

De horizontale as heet de x-as

De verticale as heet de y-as.

Waar de x-as en y-as elkaar snijden is de oorsprong.

Assenstelsel

De horizontale as heet de x-as

De verticale as heet de y-as.

Waar de x-as en y-as elkaar snijden is de oorsprong.

Zet de getallen altijd links van de y-as en altijd onder de x-as.

Regels bij het maken van een assenstelsel.

Teken een assenstelsel altijd op roosterpapier (ruitjes).

Teken een assenstelsel ook altijd met een liniaal of geodriehoek.

Teken altijd met potlood. 

Zet altijd bij de assen om welke as het gaat. (x-as of y-as)

Werkschema: tekenen assenstelsel.

Stap 1: Kies een plaats waar je de oorsprong gaat tekenen.

Zorg ervoor dat je genoeg ruimte hebt in je schrift. 

Werkschema: tekenen assenstelsel.

Stap 1: Kies een plaats waar je de oorsprong gaat tekenen.

Zorg ervoor dat je genoeg ruimte hebt in je schrift. 

Stap 2: Teken de x-as en de y-as. 

Werkschema: tekenen assenstelsel.

Stap 1: Kies een plaats waar je de oorsprong gaat tekenen.

Zorg ervoor dat je genoeg ruimte hebt in je schrift. 

Stap 2: Teken de x-as en de y-as. 

Stap 3: zet te letters O (oorsprong), x en y op de juiste plek. 

Werkschema: tekenen assenstelsel.

Stap 1: Kies een plaats waar je de oorsprong gaat tekenen.

Zorg ervoor dat je genoeg ruimte hebt in je schrift. 

Stap 2: Teken de x-as en de y-as. 

Stap 3: zet te letters O (oorsprong), x en y op de juiste plek. 

Stap 4: zet de getallen bij de assen.

Bij de x-as onder de lijn en bij de y-as links van de lijn. 

Sleep de goede naam naar het onderdeel van het assenstelsel.

x-as

y-as

Oorsprong

Stap 1

Stap 2

Stap 3

Stap 4

Zet er getallen bij.

Teken de x-as en y-as.

Kies de plaats van de oorsprong

Zet de letters O, x en y erbij.

Coördinaten

Hiernaast zijn de punten R, S en T getekend.

Coördinaten

Hiernaast zijn de punten R, S en T getekend.

Punt R heeft als coördinaat: (3,1)

Coördinaten

Hiernaast zijn de punten R, S en T getekend.

Punt R heeft als coördinaat: (3,1)

Eerste getal is het x-coördinaat.

Het tweede getal is het y-coördinaat.

Coördinaten

Hiernaast zijn de punten R, S en T getekend.

Punt R heeft als coördinaat: (3,1)

Eerste getal is het x-coördinaat.

Het tweede getal is het y-coördinaat.

Punt R en S zijn roosterpunten, want deze bestaan uit gehele getallen.

Coördinaten.

Voorbeelden van coördinaten:

S (-1 , 2) , R (3 , 1) en T ( 1,5 ; 2)

Coördinaten.

Voorbeelden van coördinaten:

S (-1 , 2) , R (3 , 1) en T ( 1,5 ; 2)

Het eerste getal tussen de haakjes geeft aan hoeveel je op de x-as naar links of rechts gaat vanuit de O.

Coördinaten.

Voorbeelden van coördinaten:

S (-1 , 2) , R (3 , 1) en T ( 1,5 ; 2)

Het eerste getal tussen de haakjes geeft aan hoeveel je op de x-as naar links of rechts gaat vanuit de O.

Het tweede getal tussen de haakjes geeft aan hoeveel je op de y-as omhoog of omlaag gaat vanuit de O.

Coördinaten

Punt A (2 , 3)

Punt B (-3 , 1)

Punt C ( 3 , -2)

Punt D (0 , 1)

Punt E (-4 , 0)

Punt F (-1 , -4)

Coördinaten

A (... , ...)

B (... , ...)

C (... , ...)

D (... , ...)

E (... , ...)

Wat zijn de coordinaten van punt L?

Wat zijn

de coördinaten

van M?

1. M (-2,1)
2. M (1,-2)
3. M(-2,-1)
4. M(-1,-2)

Welke punten zijn roosterpunten?

1. A en B
2. D
3. A en C
4. A, B, C en D

Kwadrant.

Door een assenstelsel te tekenen krijg je vier delen.

Elk deel van een assenstelsel in een kwadrant. 

De assen kunnen we onderverdelen in kwadranten.

De x-as en y-as horen niet bij de kwadranten.

Eerste kwadrant

Eerste kwadrant

Tweede kwadrant

Eerste kwadrant

Tweede kwadrant

Derde kwadrant

Eerste kwadrant

Tweede kwadrant

Derde kwadrant

Vierde kwadrant

In welk kwadrant ligt punt A (5,3)

1. Eerste
2. Tweede
3. Derde
4. Vierde

In welk kwadrant ligt punt C (-3, -1)

1. Eerste
2. Tweede
3. Derde
4. Vierde

In welk kwadrant ligt punt A (2, -4)

1. Eerste
2. Tweede
3. Derde
4. Vierde