4.1 t/m 4.3 herhalen

Wat is gedrag?
A
Alles wat een mens doet
B
Alles wat een dier doet
C
Alles wat een mens of dieren doet
D
Het observeren van dieren
1 / 15
next
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Wat is gedrag?
A
Alles wat een mens doet
B
Alles wat een dier doet
C
Alles wat een mens of dieren doet
D
Het observeren van dieren

Slide 1 - Quiz

Welke twee type prikkels onderscheiden we?
A
Binnen en buiten prikkels
B
Hoge en lage prikkels
C
Ronde en vierkante prikkels
D
Inwendige en uitwendige prikkels

Slide 2 - Quiz

Een lijst met beschrijvingen van de verschillende handelingen van dieren of mensen, noem je een....
A
Ethogram
B
Protocol
C
Etholoog
D
Bioloog

Slide 3 - Quiz

Welke van deze gedragingen is leren door oefenen?
A
Een jong eendje volgt zijn moeder
B
Een welp (jonge leeuw) leert door nadoen jagen
C
Door rijlessen auto leren rijden
D
Een zalm gaat ieder jaar terug naar dezelfde broedgrond

Slide 4 - Quiz

Een zuigreflex bij een jong varkentje is een voorbeeld van...?
A
Aangeleerd gedrag
B
Oefenen
C
Inprenting
D
Aangeboren gedrag

Slide 5 - Quiz

Wat is de FUNCTIE van aangeboren gedrag meestal bij dieren?
A
Het volgen van de moeder
B
Het vergroten van de overlevingskans
C
Zorgen voor voedsel
D
Het bemachtigen van een territorium

Slide 6 - Quiz

Maxime en Zolikha kiezen één bepaalde chinchilla uit en noteren vijf minuten lang, elke vijf seconden, welk gedrag dit dier vertoont. Hun resultaten staan in tabel 2.

Hoe wordt tabel 2 genoemd?
A
ethogram
B
practicum
C
protocol

Slide 7 - Quiz

Wat is inprenting
A
leren door straffen en belonen
B
leren in een gevoelige periode
C
leren van soortgenoten
D
leren door trial and error

Slide 8 - Quiz

Hoe heeft de kraai dit geleerd?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Hoe heeft de kraai dit geleerd?
A
imiteren
B
oefenen
C
inzicht
D
belonen en straffen

Slide 11 - Quiz

Wat is lichaamstaal?
A
Laten zien hoe je je voelt zonder ook maar 1 woord te zeggen
B
Laten zien hoe je je voelt door veel te praten
C
Taal dat alleen je lichaam spreekt
D
Taal dat je niet kan uitleggen met woorden

Slide 12 - Quiz

Als je iemand iets duidelijk maakt met behulp van woorden, dan noem je dat.....?
A
Verbale comunicatie
B
Non-verbale comunicatie

Slide 13 - Quiz

Hoe noem je een boodschap die bestemd is voor soortgenoten?

Slide 14 - Open question

Ga nu aan de slag...
Nog goed 4.1 t/m 4.3 lezen
4.3 in zijn geheel afronden + leren voor de toets maandag!

Slide 15 - Slide