This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.
Veel werkwoorden hebben vaste voorzetsels:
- Houden van
- Nadenken over
Of ze veranderen van betekenis door een (ander) voorzetsel:
- Lachen
- Lachen om
- Lachen naar
- Verstand hebben van
- Aanmerkingen maken op
Dit zijn woordcombinaties met een voorzetsel, een zelfstandig naamwoord en weer een voorzetsel.
- Ten tijde van
- Met betrekking tot