week 51, 2m, K3 herhaling Grammatik + Weihnachtsrätsel

Planung

  • Rückblick
  • Uhrzeiten und Wochentage
  • Grammatik
  • Weihnachtsrätsel
  • Wortschatz
Montag 16. Dezember 2024
1 / 20
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2,3

This lesson contains 20 slides, with text slides.

Items in this lesson

Planung

  • Rückblick
  • Uhrzeiten und Wochentage
  • Grammatik
  • Weihnachtsrätsel
  • Wortschatz
Montag 16. Dezember 2024

Slide 1 - Slide

Klassenregeln
-Respekt (sehr sehr wichtig!!!!!)

- Nicht essen (toch eten = corvee)
- Buch und Laptop immer mitbringen
- Handy im Telefonbox
-Kein Toilettenbesuch
- Keine Jacke, Kappe, Kopfhörer usw.

Slide 2 - Slide

Hausaufgaben:
Aufgabe 17 bis zum 23 und 25 (Ab Seite 82)


Slide 3 - Slide

  1. die, want het is een vrouwelijke dierennaam
  2. das, want in het Nederlands zeggen we het dorp
  3. das, want in het Nederlands zeggen we het geld
  4. der, want het is een mannelijke persoonsnaam
  5. das, want in het Nederlands zeggen we het haar
  6. die, want het is een vrouwelijke persoonsnaam
  7. der, want het is een mannelijke persoonsnaam
  8. die, want het woord eindigt op een -e
  9. die, want het woord eindigt op een -e
  10. die Schulen, want het is meervoud
  11. die Stunden, want het is meervoud
  12. der, want het is een mannelijke persoonsnaam

Aufgabe 18

Slide 4 - Slide

Aufgabe 21
  1. der Lehrer
  2. das Heft
  3. das Buch 
  4. die Lehrerin 
  5. der Schüler
  6. die Schülerin 
  7. die Note 
  8. der Test
  9. der Stundenplan 
  10. die Lampe
  11. das Fenster
  12. die Katze
  13. die Pflanze

Slide 5 - Slide

die (mv)

  • Klassen
  • Menschen
  • Opas
  • Bücher


das

  • Schwimmbad
  • Jahr
  • Hotel
  • Geschenk
die

  • Lehrerin
  • Tante
  • Schule
  • Cousine
der

  • Stier
  • Onkel
  • Hengst
  • Kater

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

FRAGEN?

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Wie spät ist es?
Es ist .....

Slide 11 - Slide

Wochentage

Heute ist es ............
Gestern war es .............
Nach Dienstag kommt .............
Wochenende sind .............. und ................
Letzten Schultag ..................

Slide 12 - Slide

Geslacht: der, die of das? 
mannelijk: der                        (mannelijke personen en/of dieren)
vrouwelijk: die                        (vrouwelijke personen en/of dieren, woorden op -e)
onzijdig: das                            (het-woorden)
meervoud: die                        (bij meer dan één, ongeacht het geslacht)

Weet je nog hoe het zit, en kun je het ook toepassen?
We testen het................. pak je laptop erbij.

Slide 13 - Slide

FRAGEN?

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Niet eten! Slokje drinken mag.
Niet door de klas heen blijven lopen.
timer
4:30

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Hausaufgaben
Machen:


Lernen: 
Lernübersicht Seite 100 bis zum 102

Slide 18 - Slide

Ga naar www.quizlet.live

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide