LES 2 - OPDRACHT 1 EN 2

• Nederlands
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 3

LES 2 - OPDRACHT 1 EN 2

JdW-kijkwijzer

Lesopbouw:

1. Vooraf:
   Startklaar, Voorkennis activeren, Formatief Handelen
   
   
2. Instructie:
   Leerdoelgericht werken, Inclusieve didactiek, Concrete en herkenbare voorbeelden, Formatief Handelen
   
   
3. Toepassing:
   Actieve verwerking, Formatief handelen 
   
   
4. Evaluatie:
   Afsluiting

              Startklaar

• Op je plek zitten 
• Telefoon in het Zakkie 
  
• Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
• Schoolspullen op tafel: Boek, Chromebook, JdW-map, etui 

1. Startklaar

Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.

Inleiding

Gelukkig komt het vaak voor dat twee mensen verliefd op elkaar worden. Misschien is dit wel het begin van een hele leuke verkering?

Verliefd zijn! 

De ene puber zal er wat eerder mee te maken krijgen dan de ander maar het gebeurt iedereen. Verliefd zijn is een heel fijn gevoel, maar kan ook ontzettend spannend zijn omdat je niet altijd weet of diegene jou óók leuk vindt.

Als je verliefd op iemand bent, kun je vaak aan niets anders meer denken. De hele dag denk je aan diegene en ben je afwezig. Hierdoor kunnen andere mensen soms merken dat jij verliefd bent.
Verliefd zijn kan je heel gelukkig maar ook onzeker maken.  

Verliefd zijn kan behoorlijke impact op je maken! Het is héél leuk maar houdt je wel bezig.

Het zal iedereen wel eens gebeuren... Je bent verliefd op iemand die niet hetzelfde voor jou voelt. 

00:00

Misschien ben je verliefd (geweest) of nog niet. We hebben allemaal wel een idee bij verliefd zijn. Wat vind jij erbij passen?

Dit vind ik passen bij verliefd zijn.

Dit vind ik niet passen bij verliefd zijn.

Snel afgeleid zijn

Heel gelukkig zijn

Vlinders in je buik hebben

Verdrietig zijn

Spanning hebben

Niet makkelijk kunnen slapen

Geen trek hebben

Wisselende stemmingen

Extra zin hebben in school

Snel boos worden

00:00

Verzin een 'gezamenlijke activiteit'!

00:00

Hoe kun je merken

dat je verliefd bent?

           Leerdoelen

Aan het einde van deze les... 

1. kun je uitleggen waarom het belangrijk is om een stukje terug- of verder te lezen in de tekst als ik een vraag beantwoord (R)
2. kun je deze strategie toepassen bij het beantwoorden van vragen over de tekst (T1)

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.   

              Verliefd zijn

Er is bijna nergens zoveel over geschreven als over liefde en verliefdheid. 

Hieronder staan vijf uitspraken van bekende mensen over verliefdheid.

Lees de uitspraken even in stilte door.

Klaar?

Denk vast na over deze vragen:

1. Over welke uitspraak moest je het langste nadenken? Waarom?
2. Welke afspraak is volgens jou gedaan door een vrouw?
3. Welke uitspraak vind jij het leukst?
4. Waarom?

Inleiding

Door een goede inleiding voelen leerlingen zich betrokken en begrijpen ze het belang van wat ze gaan leren. Dit vergroot hun motivatie en leerresultaten. 

              Verliefd zijn

Beantwoord onderstaande vragen in tweetallen. 

1. Over welke uitspraak moest je het langste nadenken? Waarom?
2. Welke afspraak is volgens jou gedaan door een vrouw?
3. Welke uitspraak vind jij het leukst? 
   Waarom?

De docent stelt de vragen later klassikaal.

Inleiding

Door een goede inleiding voelen leerlingen zich betrokken en begrijpen ze het belang van wat ze gaan leren. Dit vergroot hun motivatie en leerresultaten. 

Aan de slag!

Pak het werkblad dat je vorige week hebt ingevuld erbij. 

Bespreek in tweetallen welke antwoorden je hebt ingevuld. 

Bedenk zoveel mogelijk woorden met 'lief' erin.

           Instructie

Maak opdracht 2A. 

Let hierbij op de titel, tussenkopjes en het plaatje. 

Na het maken van deze opdracht, lezen we samen de tekst nog een keer.

4. Inclusieve didactiek

De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.

           Theorie

Je gaat zo vragen over de tekst beantwoorden.

Soms staat in de vraag een regelnummer. 

Dan lees je deze regel nog een keer.

Het is ook goed om nog een stukje terug te lezen of verder te lezen, voordat je de vraag gaat beantwoorden.

4. Inclusieve didactiek

De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.

Waarom is het belangrijk

om terug- en verder te lezen?

           Theorie

Het is belangrijk om een stukje terug te lezen of verder te lezen bij het beantwoorden van vragen over de tekst:

• Soms heb je iets niet goed onthouden. 
• Je controleert of de informatie in jouw hoofd klopt.
• Sommige woorden worden uitgelegd in de tekst. Je begrijpt ze zo beter.
• Je begrijpt het verhaal beter.
• Soms zijn antwoorden op vragen niet meteen te vinden. Je moet hiervoor een stukje terug- of verderlezen. 

4. Inclusieve didactiek

De docent past diverse strategieën toe om de betrokkenheid van alle leerlingen te garanderen. Door regelmatig het begrip van de lesstof te controleren en zo nodig de uitleg aan te passen, blijft de stof toegankelijk voor iedereen. Flexibele en heterogene differentiatie ondersteunt dit proces. Interactie in de klas wordt versterkt door het gebruik van thuistalen. Verder creëert de docent een contextrijke en inclusieve leeromgeving door (culturele) achtergronden in de lesstof te integreren. Door positief en proactief op leerlinggedrag te reageren, wordt het voor leerlingen makkelijker om gewenst gedrag te tonen en actief deel te nemen aan de les.

           Aan de slag

Werk samen met je schoudermaatje.

Maak opdracht 2B.

Let op: lees voor het beantwoorden van de vraag steeds een stukje verder of terug in de tekst. 

6. Actieve verwerking

De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen

           Afsluiting

Je hebt zojuist vragen bij de tekst beantwoord. Daarbij heb je stukjes uit de tekst opnieuw gelezen.

We kijken gezamenlijk de opdracht na.

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner. 

Het is handig om stukjes van de tekst opnieuw te lezen voor het beantwoorden van de vragen.

😒🙁😐🙂😃