Week 3 les 1 Spanningsbronnen

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 2

Week 3 les 1 Spanningsbronnen

Opdracht: Spanningsbronnen

Een lampje van 6 V brandt niet op een spanning van 1,5 V.

1. waar
2. niet waar

Als je een lampje van 6 V aansluit op een spanning van 12 V, gaat het kapot.

1. waar
2. niet waar

Op batterijen staat altijd de spanning vermeld.

1. waar
2. niet waar

Je kunt de spanning die op een batterij staat, controleren met een stroommeter.

1. waar
2. niet waar

Vergelijk een batterij in een stroomkring met een ballon die voortdurend wordt opgepompt terwijl hij tegelijkertijd leegloopt.

Welke delen vergelijk je dan met elkaar?

Spanning

Stroomsterkte

Stroom

Stoffen in de batterij

de hoeveelheid lucht die in één seconde uit het tuitje stroomt

de lucht die uit het tuitje stroomt

de pomp die de ballon opblaast

het plastic van de opgeblazen ballon

De meeste huishoudelijke apparaten zijn ontworpen voor een spanning van:

1. 12V
2. 115V
3. 230V
4. 400V

Je wilt twee batterijen van 1,5 V een spanning laten leveren van 3 V.

Hoe moet je de batterijen tegen elkaar aan leggen?

1. 
2. 
3. 
4. Maakt niet uit

Noem drie apparaten die op batterijen werken.

Waar kom je een accu tegen als spanningsbron?

Wat geeft de voltmeter aan?

1. 0 Volt
2. 60 Volt
3. 30 Volt
4. 50 Volt

Wat is de spanning op de voltmeter?

1. 4V
2. 4,5V
3. 8V
4. 9V

Wat meet deze voltmeter

1. 18 A
2. 9 V
3. 9 A
4. 18 V

Wat geeft de
voltmeter nu aan?

1. 2,5 volt
2. 25 volt
3. 12,5 volt
4. 0 volt

In de afbeelding zie je een afbeelding uit de handleiding van een personenweegschaal. De weegschaal werkt op vier AA-batterijen van 1,5 V.

Waarom is het plaatje aan de rechterkant van een geleidend materiaal gemaakt?

In de afbeelding zie je een afbeelding uit de handleiding van een personenweegschaal. De weegschaal werkt op vier AA-batterijen van 1,5 V.

Is de veer links ook van een geleidend materiaal gemaakt? Leg uit.

In de afbeelding zie je een afbeelding uit de handleiding van een personenweegschaal. De weegschaal werkt op vier AA-batterijen van 1,5 V.

Hoe zijn de batterijen geschakeld, als je ze goed in het vakje doet?

In de afbeelding zie je een afbeelding uit de handleiding van een personenweegschaal. De weegschaal werkt op vier AA-batterijen van 1,5 V.

Hoe groot is dan de spanning die de vier batterijen samen leveren?

Op een fiets zit een dynamo.
Wat doet de dynamo?

1. De dynamo slaat elektrische energie op.
2. De dynamo wekt elektrische energie op.
3. De dynamo wekt lichtenergie op.
4. De dynamo zorgt voor een stroomkring.

Hoe werkt een dynamo?

1. Een magneet draait langs koperdraad
2. Een draaiend wiel zorgt dat er stroom ontstaat
3. Een magneet draait langs een spoel?
4. De frictie van het fietswiel maakt stroom

Wat zit er in een dynamo

1. spoel
2. spoel en magneet
3. spoel, magneet en een koperdraad
4. magneet

Einde opdracht