2v_K5L2_C1_Intro voorzetsels, 3e, 4e

1 / 15
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Am Ende der Stunde...
... hast du mindestens eine Minute Deutsch gesprochen.
... hast du den 3. und den 4. Fall geübt (mit Präpositionen).
Programm
  • 1 Minute Deutsch sprechen
  • Was weißt du noch: 3. & 4. Fall
  • Präpositionen mit dem 3. & 4. Fall
  • An die Arbeit
  • Abschluss: Hausaufgaben & Anwesenheit

Slide 2 - Slide

1 Minute Deutsch sprechen

  • Kies een onderwerp uit
  • In Breakout-Rooms (4 min, 2 personen):
    om de beurt:
    1 min over onderwerp praten in het Duits!!!
  • Terug: een paar leerlingen voor de klas

Slide 3 - Slide

1 Minute Deutsch sprechen

  • Kies een onderwerp uit
  • In Breakout-Rooms (4 min, 2 personen):
    om de beurt:
    1 min over onderwerp praten in het Duits!!!
  • Terug: een paar leerlingen voor de klas
praat over
  • je sleutelbos - Mein Schlüsselbund
  • het gekste filmpje wat je in de afgelopen dagen hebt gezien
  • Wat zie je als je uit het raam kijkt?

Slide 4 - Slide

1 Minute Deutsch sprechen

  • Kies een onderwerp uit
  • In Breakout-Rooms (4 min, 2 personen):
    om de beurt:
    1 min over onderwerp praten in het Duits!!!
  • Terug: een paar leerlingen voor de klas
praat over
  • je sleutelbos - Mein Schlüsselbund
  • het gekste filmpje wat je in de afgelopen dagen hebt gezien
  • Wat zie je als je uit het raam kijkt?
2v2
2v1

Slide 5 - Slide

3. & 4. Fall
Was weißt du noch????

Slide 6 - Slide

m
v
o
mv
1e
der
die
die
1e
ein
eine
keine
3e
dem
der
3e
einem
keinen
4e
den
das
die
4e
eine
ein
keine
die
das
ein
dem
den
einem
einer
einen

Slide 7 - Drag question

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

  • welch-: 3e, v
  • unser-:4e, m
  • d- (der, die, das): 3e, mv
  • dies-: 1e, v

Slide 11 - Slide

In welke naamval (1e, 3e, 4e) staan de dikgedrukte woordjes?
>> antwoord in de vergaderchat op mijn teken

  1. Ich komme gerade aus dem Theater (o).
  2. Sie fährt zu der Schule (v).
  3. Ich schaue durch das Fenster (o).
  4. Ohne die Eintrittskarten (mv)
    kommen wir nicht rein

Slide 12 - Slide

  • Ich fahre mit (+3) dem Fahrrad zu (+3) der Schule.
  • Ich fahre mit (+3) dem Fahrrad zur Schule.

Slide 13 - Slide

An die Arbeit

Maak de volgende opdrachten online:
  • 5.2, Nr. 9
  • 5.2, Nr. 10a (alleen uitgang invullen, let op voorzetsels)



(Rest = Hausaufgabe!)

Slide 14 - Slide

Anwesenheits-Check
... und einen schönen Tag noch!
2v1:
  • Philip (inhal - vandaag)
  • Niek (kerst)
  • Daan V. (kerst)
  • Joppe (inhaal)
2v2:
  • Sami (inhal - vandaag)
  • Deniz (inhal)

Slide 15 - Slide