04-12-2024 les V1A gram ontkenning + getallen herhalen

Telefoon in de telefoontas

Laptop blijft in de tas

Boek op tafel


Prends ton livre
10 minutes d'apprentissage


 - Voca E + F (F/NL - NL/F) → p.93

Bonjour à tous!
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Telefoon in de telefoontas

Laptop blijft in de tas

Boek op tafel


Prends ton livre
10 minutes d'apprentissage


 - Voca E + F (F/NL - NL/F) → p.93

Bonjour à tous!

Slide 1 - Slide

Woensdag 11 december
PW EFGH chapitre 2
- Voca E + F (F/NL - NL/F) → p.93
- Phrases-clés G (F/NL - NL/F) → p.94
- Grammaire H → p.95
- Les nombres jusqu’à 100 → p.94
- Les verbes en -er → p.95
- Le verbe avoir → p.55

Slide 2 - Slide

Aujourd'hui:
- Réviser les nombres jusqu'à 100
- Je vais apprendre...
- Grammaire
- Au travail!












Slide 3 - Slide

Les nombres jusqu'à 69
Formule = tiental + eenheid
t/m 69 werkt het hetzelfde als in het Engels, daarna wordt het anders.....

Slide 4 - Slide

Les nombres jusqu'à 100

Slide 5 - Slide

Je vais apprendre...

Aan het eind van de les kun je het woord 'niet'/'geen' in een Franse zin gebruiken

Slide 6 - Slide

Grammaire - à la page 88
Lis la grammaire en silence

Slide 7 - Slide

De ontkenning
Het woord niet of geen bestaat in het Frans uit twee woorden:
Ne ... pas

''Ne'' staat vóór de persoonsvorm (eerste werkwoord in de zin) en ''pas'' direct erna:

Begint de persoonsvorm met een klinker of h, dan verandert ne in n'



Slide 8 - Slide

Exemples

1. il mange un croissant -> .....

2. Elle aime la pizza -> .....

Slide 9 - Slide

Let op! -> Lastige vormen.....
J'aime -> je n'aime pas
J'habite -> je n'habite pas
C'est -> ce n'est pas
il y a -> il n'y a pas

Slide 10 - Slide

De ontkenning - Stappenplan
1. Zoek de persoonsvorm (het eerste werkwoord in de zin)

2. Zet ne / n'  vóór de persoonsvorm 
en pas  achter de persoonsvorm



Slide 11 - Slide

Exercice
Maak onderstaande zinnen ontkennend. 
 Je maakt deze opdracht in stile.
1. Je mange des crêpes.
2. Elle adore le sport.
3. J'aime regarder la télé.
4. Il y a un problème.
timer
2:00

Slide 12 - Slide

Au travail!
Fais les exercices 31a, 32 et 33


Fini? -> fais exercice 32d


Slide 13 - Slide

Je vais apprendre...

Aan het eind van de les kun je het woord 'niet'/'geen' in een Franse zin gebruiken

Slide 14 - Slide