Quiz WOII
1 / 20
Lesson duration is: 30 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Wanneer was de tweede Wereldoorlog?
A
1941-1946
B
1940-1945
C
1939-1945
D
1940-1946
Slide 2 - Quiz
Welke stad werd in het begin van de Tweede Wereldoorlog gebombardeerd?
A
Amsterdam
B
Den Haag
C
Rotterdam
D
Utrecht
Slide 3 - Quiz
Met de inval in welk land begon de Tweede Wereldoorlog?
A
Nederland
B
Polen
C
België
D
Rusland
Slide 4 - Quiz
Hitler viel de Sovjet-Unie tijdens het begin van de oorlog niet aan omdat Duitsland met de Sovjet-Unie een niet-aanvalsverdrag had gesloten.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quiz
Hoe raakten de Verenigde Staten betrokken bij de oorlog?
A
Japan bombardeerde
Pearl Harbour
B
Duitse onderzeeboten beschoten schepen van de VS
C
De internationale handel lag stil
D
De VS wilden Europa bevrijden van de Nazi's
Slide 6 - Quiz
Welk land heeft nazi-Duitsland tijdens de Tweede Wereldoorlog nooit bezet?
A
Engeland
B
Frankrijk
C
Nederland
D
Polen
Slide 7 - Quiz
Welk keerpunt in de oorlog is te zien op de kaart
A
Operatie Barbarossa
B
Battle of Britain
C
D-Day
D
Operatie Market Garden
Slide 8 - Quiz
Waar vielen de geallieerden Europa binnen in 6 juni 1944?
A
Normandië, Frankrijk
B
Scheveningen, Nederland
C
Sicilië, Italië
D
Berlijn, Duitsland
Slide 9 - Quiz
Door welke gebeurtenis eindigde WO II?
A
De atoombom op Nagasaki
B
De atoombom op Hiroshima
C
De atoombom op Tokio
D
De atoombom op Kyoto
Slide 10 - Quiz
De Duitsers verplichtten alle Nederlanders van 14 jaar en ouder om een formulier bij zich te hebben.
Welk formulier?
Welk formulier?
A
Jodenster
B
voedingsmiddelenbon
C
persoonsbewijs
D
dwangarbeidbevel
Slide 11 - Quiz
Zet in de juiste volgorde
Atoombom Nagasaki
Hongerwinter
Aanval Pearl Harbor
Operatie Barbarossa
Einde WOII in Nederland
D-Day
Slide 12 - Drag question
Wat is de holocaust?
A
Andere naam voor de Tweede wereldoorlog
B
een massamoord
C
De massamoord op de Joden
D
Het discrimineren van Joden
Slide 13 - Quiz
Dit is een voorbeeld van
A
Nationalisme
B
Holocaust
C
Propaganda
D
Antisemitisme
Slide 14 - Quiz
Weet je het nog?
Waar
Niet waar
Joden mochten geen kinderen krijgen
Joden mochten niet naar de kapper
Joden die ambtenaar of leraar waren, werden ontslagen
Joden moesten bij elkaar in een getto wonen.
Slide 15 - Drag question
Shoah betekent
A
Holocaust
B
Brandoffer
C
Catastrofe
D
Genocide
Slide 16 - Quiz
Hoeveel Joden stierven er tijdens de Holocaust?
A
600 duizend
B
6 miljoen
C
60 miljoen
D
onbekend
Slide 17 - Quiz
Hoe zag de geheime deur in het "Achterhuis" van Anne Frank uit?
A
als een wandschildering
B
als een gordijn
C
als een boekenkast
D
als een raam
Slide 18 - Quiz
Door wie werd Nederland op 5 mei 1945 bevrijd?
A
de centralen
B
de geallieerden
C
de verzetstrijders
D
de politie
Slide 19 - Quiz
In welk voormalig kamp staat dit monument
A
Auschwitz
B
Bergen-Belzen
C
Dachau
D
Westerbork
