Boekverslag maken

Boekverslag

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Boekverslag

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Aan het einde van de les weet je precies waar je boekverslag aan moet voldoen. 

Slide 2 - Slide

Boekverslag klas 1F2
Je gaat een boekverslag maken.

Je mag het boek zelf kiezen.

Niveau: leerlingen mogen een klein verslag maken, 
of een groot verslag. Je weet zelf of je een klein of groot verslag kan maken.

Slide 3 - Slide

Indeling
Je boekverslag beoordeel ik op 7 onderdelen: 
- Omslag
- Verzorging
- Inhoud:          
A. Inleiding
B. De setting
C. De personages
D.  Plot
E. Conclusie

Slide 4 - Slide

Omslag
Titel
Schrijver
Uitgever
Naam + Klas
Illustratie (afbeelding)

Slide 5 - Slide

Verzorging
- Let op zinsvolgorde.
- Zorg voor een duidelijke lay-out.
- Let op hoofdletters en punten. 
- Gebruik titels en tussenkopjes. 
- Maak alinea's. 
- Zorg dat je boekverslag er aantrekkelijk uit ziet. Voeg illustraties toe. 

Slide 6 - Slide

Inhoud
A. Inleiding
B. De setting
C. De personages
D. Plot
E Conclusie

Slide 7 - Slide

Ik open een template
- Ik ga naar google drive
- Ik open een nieuw document
- Ik kies voor openen met template
- Ik kies het template boekverslag

(Na de presentatie kunnen jullie dit ook doen. Nu nog even niet, nog even wachten!)

Slide 8 - Slide

Mag het ook anders? 
Ja! 
Als jij liever een filmpje of een presentatie maakt over je boekverslag, dan mag dat ook. Zorg dat alle onderdelen van de beoording terugkomen in je presentatie of filmpje.

Je mag creatief zijn!

Slide 9 - Slide

Wanneer?
Het boekverslag leren je in op donderdag 1 juni.

Slide 10 - Slide

Hoe kies je een boek?
- Kijk naar de omslag van het boek. Vind je de plaatjes leuk of interessant?
- Vind je de titel leuk?
- Lees de achterkant. Waar gaat het boek over? Vind je dat leuk?
- Lees de eerste pagina van het boek. Snap je de zinnen? Vind je het leuk?

- Kies een boek dat goed is voor jou. Niet te moeilijk en niet te makkelijk.

Slide 11 - Slide

Zijn er nog vragen?

Slide 12 - Slide