2.4 verzekeren

Casus: 'De cijferverzekering'

2.4 Verzekeren, hoezo? 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Casus: 'De cijferverzekering'

2.4 Verzekeren, hoezo? 

Slide 1 - Slide


2.4 Verzekeren, hoezo? 
De cijferverzekering:
  • Stel je voor dat je met de hele klas een verzekering kunt afsluiten, zodat iedereen bij de volgende toets(en) een voldoende haalt. 
  • Voorwaarde: Het cijfergemiddelde van de komende toets, mag NIET afwijken van de toets zonder cijferverzekering; dus gemiddelde moet net zo hoog zijn als voor h1 en de resultaten uit het verleden 

Slide 2 - Slide

Wil jij mee doen aan de cijferverzekering?
A
Ja!
B
Nee!

Slide 3 - Quiz


POLIS van de cijferverzekering

Voorstel 
  • Alle leerlingen leveren 0,3 van hun punt in (premie)
  • Het cijferdepot ("spaarpot") is dan                  (aantal leerlingen)x0,3 punten (premie)
  • Deze punten worden verdeeld onder de leerlingen met een onvoldoende 
  • De cijferverzekering is verplicht voor de hele klas als tenminste 80% voor stemt

Slide 4 - Slide

Noem een voordeel en/of nadeel van de cijferverzekering (begin je antwoord met: voordeel: ... of nadeel: ...)

Slide 5 - Mind map


Overleg in tweetallen:

  • Leerlingen met 6 of hoger:
    • Overleg wat je verwacht van de leerlingen met een lager cijfer om mee te kunnen doen
    • Leerlingen met 6 of lager
    • Overleg wat vindt je dat je minimaal moet doen om mee te mogen doen aan de verzekering
    2.4 Verzekeren, hoezo? 

    Slide 6 - Slide

    2.4 Verzekeren, hoezo? 
    Na deze les:
    • weet je waarom je een verzekering afsluit
    • weet je hoe een verzekering werkt
    • met behulp van informatie de premie vaststellen
    • ken je de gevolgen van een eigen risico 

    Slide 7 - Slide

    Wat is verzekeren? 
    Verzekeren
    • je verzekert je tegen het risico van schade
    • als je verzekert bent en je hebt schade, dan wordt dit vergoed door de verzekering
    • verplichte verzekeringen, bijv. zorgverzekering, WA-verzekering
    • vrijwillige verzekeringen, bijv. reisverzekering, fietsverzekering

    Slide 8 - Slide

    Polis 
    • een bewijs dat je de verzekering hebt afgesloten (contract)

    • hierin staat de polisvoorwaarden = rechten en plichten van de verzekerde en verzekeraar

    Slide 9 - Slide

    Premie 
    • betaal je per jaar of maand 
    • premie =   bedrag dat JIJ als verzekerde  betaalt aan de verzekeraar (verzekeringsmaatschappij)

    Slide 10 - Slide

    Eigen risico 
    • Deel van de schade die jezelf moet betalen 
    • Hoe hoog je eigen risico is staat in je polis
    • Bij zorgverzekering verplicht 

    Slide 11 - Slide

    Evaluatie: 
    1. Je legt uit waarom je een verzekering afsluit
    2. Je omschrijft hoe een verzekering werkt
    3. Je verklaart de volgende woorden: polis, premie, polisvoorwaarden en eigen risico 

    Slide 12 - Slide

    Deel 2: verzekeren 
    • Quiz
    • rekenen
    • leerdoelen uitwerken 
    • 2.4 afmaken
    • evaluatie 

    Slide 13 - Slide

    Quiz

    Slide 14 - Slide

    Ik wil mijn telefoon verzekeren en betaal ........ aan de .......
    A
    premie, verzekerde
    B
    premie, verzekeringsmaatschappij
    C
    schadevergoeding, verzekerde
    D
    schadevergoeding, verzekeraar

    Slide 15 - Quiz

    Een deel van de schade betaalt de verzekeraar niet, dat moet je zelf betalen. Hoe heet dit?
    A
    Eigen risico
    B
    Claim
    C
    Schadevergoeding
    D
    Premie

    Slide 16 - Quiz

    De ... staan in de polis. Dit zijn alle plichten en rechten van de verzekeraar en verzekerde op een rij.
    A
    Polis
    B
    Risico
    C
    Polisvoorwaarden
    D
    Plan

    Slide 17 - Quiz

    Het bedrag dat de verzekeraar aan de verzekerde betaalt bij schade
    A
    Premie
    B
    Claim
    C
    Schadevergoeding
    D
    Geldsom

    Slide 18 - Quiz

    Het bedrag dat de verzekerde elke maand moet betalen om verzekerd te zijn noemen we...
    A
    Premie
    B
    WA
    C
    CASCO
    D
    Polis

    Slide 19 - Quiz

    Leerdoelen uitwerken 
    1. Je legt uit waarom je een verzekering afsluit
    2. Je omschrijft hoe een verzekering werkt
    3. Je verklaart de volgende woorden: polis, premie, polisvoorwaarden en eigen risico 

    Slide 20 - Slide

    Evaluatie 
    1. Je legt uit waarom je een verzekering afsluit
    2. Je omschrijft hoe een verzekering werkt
    3. Je verklaart de volgende woorden: polis, premie, polisvoorwaarden en eigen risico 

    Slide 21 - Slide

    Wil jij mee doen aan de cijferverzekering?
    A
    Ja!
    B
    Nee!

    Slide 22 - Quiz